416

UIT DE PERS.

afmetingen zijn, des te grooter wordt de kans, clat de booten gedurende den tijd, dien zij aan de oppervlakte moeten doorbrengen, worden opgemerkt en vernietigd door de vaartuigen, die den veiligheidsdienst bij de vijandelijke vloot uitoefenen.

Een zeer belangrijke factor is de voorziening van brandstof en andere voorraden benevens de gelegenheid om aan de bemanning cle noodige rust te geven. Een onderzeeër kan uit den aard van de zaak geen groote voorraden aan boord hebben en dus zal men, wil men voor de defensie van Indië in hoofdzaak onderzeeërs in plaats van dreadnoughts gebruiken, op verschillende punten voorraadplaatsen moeten maken, welke, wil men niet clat de vijand ze gemakkelijk kan overmeesteren, terdege versterkt moeten worden.

Dat een en ander groote kosten met zich zal brengen, spreekt vanzelf.

Dit in verband met het argument van voorstanders van onderzeeërs, dat een verdediging van Indië door onderzeeërs veel goeclkooper zal zijn.

Het aantal steunpunten zal in verband met cle uitgebreidheid der Indische wateren niet zoo heel gering kunnen zijn. Zooals ge weet, rekeut men bij slagschepen-eskaders slechts twee versterkte steunpunten, alleen op Java, of in de onmiddellijke nabijheid, noodig te hebben. Hierbij dient in aanmerking te worden genomen, dat, wanneer men te eeniger tijd zal mogen rekenen op verdediging van Java door de weerbare bevolking, de veiligheid dezer steunpunten op Java verzekerd is, terwijl daarvoor in de zooveel zwakker bevolkte buitenbezittingen, veel meer op kostbare verdedigingswerken zou aankomen. Men kan een onderzeevloot wel doen vergezellen door drijvende steunpunten in clen vorm van depotschepen, maar deze moeten clan toch ook weer verdedigd worden, of versterkte havens kunnen opzoeken.

— Is omtrent de bewuste quaestie geen afdoende proef te nemen ?

— Mijns inziens is, ook bij de beste manoeuvres, een . afdoende proef in vrede onmogelijk. Overigens is het- te hopen, dat een andere proef zoo lang mogelijk uitblijft.

— Maar de manoeuvres op de Noordzee clan, naar aanleiding waarvan in Engeland een roepstem voor onderzeeërs opgegaan schijnt ?

— De Noordzee is een zeer beperkt terrein. Ze is te beschouwen als een vierhoek, waarvan één zijde geheel dooide Engelsche kust wordt ingenomen ; ten gevolge hiervan kunnen de Engelsche onderzeeërs gemakkelijk desnoods de geheele Noordzee beheerschen.