BESCHOUWINGEN OVER TREFKANS.

649

Noemt men de grenswaarde, welke waarschijnlijk door \ projectiel zal worden overschreden, d, en de waarschijnlijkheid, dat de afwijking minder is dan d, 0 (t) (zie formule 9) en het aantal schoten n , dan zal van n 8 (t) schoten de afwijkingminder dan d zijn en van yi — nf)(t)\ schoten meer dan d, zoodat om het schot te kunnen vertrouwen:

n — n')(t) = J-

moet zijn of:

2 n

In de tabel vindt men de waarde van t, welke bij 8(tj behoort en uit de formule ? = at\/^ de waarde van de grootst toegestane afwijking, waartoe men dus ook eerst de middelbare afwijking a heeft moeten bepalen. Is D nu grooter dan de op deze wijze bepaalde afwijking, dan doet men beter met het schot, waarbij men eene afwijking D heeft verkregen, weg te laten en de berekening opnieuw te verrichten.

Deze methode van beoordeeling der schoten noemt men den regel van CHAUVENET.

Een kort overzicht van de te volgen werkwijze zal het verband tusschen bovenstaande beschouwingen duidelijker maken.

Van de n verkregen trefpunten bepaalt men de coördinaten ,c en y ten opzichte van een willekeurig rechthoekig coördinatenstelsel.

Voor de coördinaten van het gemiddeld trefpunt heeft men dan:

X0 = L%n Yo=^ n 11

(Wanneer men de regelmatig veranderlijke afwijking in rekening wil brengen, zoo gebruike men de formules (27):

*L\x = \- n X0 -f- y n (« — 2) cSx

S2.<; = -i-#Xo + Y«(3« — 2) <5X

en:

= -ï- n Y0 -f \ n (n — 2) <5y

^sy = j n Y0 -f j 11 (3 n — 2) 'dy

na de serie schoten in twee gedeelten te hebben gesplitst). Bepaal de coördinaten der trefpunten ten opzichte van een