MARINEBEGROOTING VOOR HET DIENSTJAAR 1915.

GEWIJZIGD ONTWERP VAN WET.

Artikel i.

Het Vide hoofdstuk der begrooting van staatsuitgaven voor het dienstjaar 1915, betreffende het Departement van Marine, wordt vastgesteld als volgt:

Iste Afdeeling. Militaire uitgaven.

Actieve zeemacht. Iste Onderafdeeling. Kosten van beheer en administratie. A. Departement.

Art. 1. Bezoldiging van den Minister f 12000.—

Art. 2. Aanvangstraktementen voor den secretaris-geneverdere ambtenaren, gedetacheerde ambtenaren en bedienden in de verschillende rangen, toelagen en schrijfloonen 123 720.—

Art. 3. Traktementsverhoogingen in den thans bekleeden rang in vorige jaren toegekend en krachtens de periodieke traktementsregeling nog toe te kennen in den loop van het begrootingsjaar, aan den secretaris-generaal en aan de verdere in artikel 2 genoemde ambtenaren en bedienden ; 20 650.—

Art. 4. Traktementen en toelagen van officieren en ingenieurs, soldijen en toelagen van onderofficieren, alsmede bezoldigingen en toelagen van teekenaars van 's Rijks werven, gedetacheerd op het bureau van den directeur van scheepsbouw 104 557.—

Art. 5. Bureau- eu lokaalbehoeften, druk- en bindwerk en kleine uitgaven, alsmede belooning van tijdelijk te werk gesteld personeel ten behoeve van den huishoudelijken dienst bij het Departement 25 225.—

B. Marinestaf.

Art. 6. Traktementen van den chef en verdere officieren benevens soldijen en toelagen van onderofficieren ... 61 907.—

M.B. 1914—1915. 10