132

als 't ware eenigszins ondergeschikt. Andere daarentegen verheffen zich zeer hoog. Zoo komen in de koren zeer schoone gedeelten voor, doch anderen hebben zoovele tekstherhalingen dat verkorting er van wenschelijk ware. Vooral in de ensemble's der solostemmen komen gedeelten voor van hooge waarde die niet nalaten indruk te maken. Jammer dat de zuiverheid, te wenschen overliet, zoowel in het koor als in het orchest. De ons tot heden onbekende tenor deed Demest, die hier vroeger deze partij heeft gezongen, lang niet vergeten. Zijn orgaan heeft wel klank, doch de zanger schijnt nog aan 't begin zijner loopbaan te staan, want de zekerheid was nog wel eens dubieus. De heer Wagenaar leidde alles met vaste hand en met rust.

Arnhem. Petschnikoff speelde op het 5e Caecilia-Concert, dat voor een belangrijk deel aan Mozart was gewijd, het a-dur concert van dezen meester, en bereikte daarmee een niet onbeduidend succes. Mij kwam het voor dat het publiek warmer werd van de zaalhitte dan van het vioolspel. Innig was dit spel niet; bovendien permitteerde P. zich enkele onverhoedsche tempo-wijzigingen die Mengelberg blijkbaar onaangenaam verrasten. Dat de violist overigens een bolleboos is in vingervaardigheid bewees verbluffend zijn briljante vertolking van Tschaikowsky's concert op. 35, dat de aandacht alleen waard is om de technische moeilijkheden, waarvan het krioelt, maar als muziek gerust kan worden voorbijgegaan. Wagner's Fliegende Hollander Ouverture vormde het dankbaar slot van dit concert; zoo schitterend als het gespeeld werd, zoo opgetogen werden orkest en dirigent toegejuicht.

Een week hierna onthaalde het Caeciliabestuur ons op een „buitengewoon" concert, dat ons het genot schonk van Hayot's kwartet. Dit vertolkte werken van Mozart, Schumann en Beethoven. De lezer is zich van de hooge waarde der praestatiën dezer vier kunstenaars natuurlijk reeds lang bewust, daarom kan mijn referaat volstaan met het coustateeren van het enorm succes — hoe kon het anders ! — dat hun ook hier te beurt viel.

Ten slotte zij de Lamond-soirée gememoreerd. Ook voor dezen pianist geldt de algemeene bekendheid zijner talentvolle eigenschappen. Indrukwekkend is vooral zijn wedergave van Liszt'sche composities en bewerkingen — onder deze laatste Schubert's militaire marsch, door Lamond met ontstellende kracht en virtuositeit ten gehoore gebracht. Er knettert in zijn spel daemonisch vuur! L. M.

Zwolle. Het komt heel weinig voor dat de B. K. kerk haar tempeldeuren open stelt uitsluitend voor het genot van muziek hooren; een van deze hoogst zeldzame gevallen deed zich 6 Febr. voor. De heer J. S. Ponten, organist der kerk van O. L. Vrouw alhier, zou twee dagen later een orgel inwijden te Winterswijk en gaf nu op zijn eigen orgel een uitvoering van het voor Winterswijk bestemde program, voor een zeer beperkt aantal genoodigden. 't Was een uur van hoog kunstgenot, waarvoor ik den kerkelijken autoriteiten en in 't bizonder den concertgever zeer erkentelijk ben. 't Program bevatte een aantal nommers die ik nooit gehoord had, en vermeldt de namen van componisten die mij voor een deel volkomen onbekend waren; het was een met veel smaak gekozen bloemlezing uit de rijke orgelliteratuur van af W. Byrd tot en met Alex Guilmant. Indien het de heer Ponten te doen geweest is om zoowel zijn orgel als zich zelf in een schitterend licht te plaatsen, dan is hem dat volkomen gelukt. Zelden heb ik zooveel mooie klanken hooren ontlokken aan een orgel, en evenzoo zelden heb ik zoo mooi hooren orgelspelen. De B. K. gemeente mag inderdaad trotsch zijn op haar organist en haar orgel; zij houde beiden op hooge waarde. — Van harte hoop ik dat de heer Ponten spoedig weer eens