Marineblad

het normale middelzware bomvliegtuig slechts 1000 a 1200 kg bommenlast kan dragen, dus niet meer dan één zeer zware bom zou kunnen torsen. Nu is de trefkans van de enkele bomworp op een klein doel als een oorlogsschip zoo gering, zooals nog nader zal worden besproken, dat men nimmer een enkele bom werpt, doch bij voorkeur een serie van 3 a 4. Het gewicht per bom bedraagt dus maximaal ongeveer 300 kg, ongeveer 1/3 van dat van de zwaarste granaten.

Bedenkt men voorts, dat een slagschip of slagkruiser blijkens de oorlogservaringen vele treffers van zware artillerie-projectielen kan doorstaan, zonder buiten gevecht gesteld te worden, dat b.v. de slagkruiser ,,Seydlitz" in den slag bij Jutland niet minder dan 21 treffers van 400 tot 850 kg projectielen en een torpedotreffer te verwerken kreeg, de slagkruiser „Tiger" 17 treffers van 300 tot 400 kg, dan is de conclusie niet te gewaagd, dat het luchtbombardement voor een slagschip of slagkruiser geen levensgevaarlijke bedreiging vormt.

Voor een kruiser, die een veel lichter pantser draagt en slechts bestand is tegen artillerie-projectielen van 50 tot 120 kg gewicht, is het luchtbombardement met bommen van 300 kg natuurlijk ernstiger. Toch moet men het weerstandsvermogen ook van een kruiser niet onderschatten en wel bedenken, dat b.v. de Duitsche kleine kruiser „Pillau" (van ongeveer 4000 ton) in den slag bij Jutland getroffen werd door een granaat van 400 kg, welke het pantserdek doorboorde en in het voorste ketelruim ontplofte. Dit ketelruim viel uit, de ketels ontploften, de er boven liggende brugopbouw zakte als een puinhoop in elkaar, maar de commandotoren bleef intact en het schip kon met een tot 20 mijl gereduceerde vaart den strijd voortzetten. Men moet dus niet aannemen, dat een enkele bomtreffer van 300 kg een kruiser buiten gevecht zal stellen.

De Amerikaansche luchtbombardementen op uitgeleverde Duitsche oorlogsschepen, waaromheen zoo ontzettend veel reclame is gemaakt door luchtmacht-enthousiasten, waren dan ook voor de daarbij aanwezige Amerikaansche torpedobootjagers niet anders dan een zielige demonstratie van de geringe kracht van het luchtwapen; het tot zinken brengen van die paar onbemande oorlogsschepen, dat door de vliegtuigen met ontzaglijk veel inspanning na een dagenlang bombardement tenslotte werd bereikt, zou door een torpedojager met slechts enkelen van zijn twaalf torpedo's, in weinige minuten zijn verkregen. De treffers, die tenslotte het zinken van de „Ostfriesland" en de „Frankfurt" tengevolge hadden, waren in wezen torpedotreffers, want de „near-miss" heeft dezelfde uitwerking. Dit wijst er al op, dat men in den strijd met schepen, meer uitwerking zal kunnen verwachten Van de vliegtuig-torpedo, dan van de vliegtuig-bom. Weliswaar is de

1054