187

raakt wordt. Hare totale lengte bedraagt 18,992 M. De binnenste kring-sectie, die de verschillende deelen van het centrum deistad i met elkaar in verbinding moet brengen, heeft weer vier kruisingsstations en acht tusschenstations, met een lengte van 16 418 M. van de enkelvoudige tunnel. De buitenste kringsectie eindelijk, die eerst later zal worden uitgevoerd, zal 2 kruisingsstations, 16 tusschenstations en 2 stations op de aanrakingspunten met de beide zuidelijkste einden van de rechtlijnige kringsecties verkrijgen.

Verder zullen aansluitingslijnen aan werkplaatsen en goederen-

Fig. 1.

in met water verzadigden toestand. Bij zeer fijn drijfzand, dat vermengd is met natte specie, is de natuurlijke hellingshoek 0° en toch is het draagvermogen van dit materiaal, wanneer het niet aan de oppervlakte van den bodem ligt, maar door water of aardlagen bedekt is, grooter dan men meenen zou.

Op grond van proefnemingen in Kiel bleek dit draagvermogen op een diepte van 10.95 M. beneden dén waterspiegel en 5.6 M. beneden den rivierbodem 105,000 K.G. per M2. te bedragen. Een in loopzand te bouwen tunnel moet dan ook met betrekking tot de belasting aan dezelfde voorwaarden voldoen als ieder

Tfeissensee-

Siid -Hing

stations worden aangelegd voor de twee rechtlijnige secties en deze door aansluitingslijnen weder worden verbonden met ae kringsecties. In horizontalen zin zijn de lijnen °ntw°rpen in verband met de straten, die het drukste verkeer bezitten. Zoo de eerste rechtlijnige sectie vooral wegens het dru^e verKeer in Friedrichstrasse, Chausseestrasse, Belle-A-lhance Platz, wsipzigerstrasse, Unter den Linden en station Friedrichstrasse. De tweede lijn verbindt het oosten en westen onderling en met net centrum der stad. Voor de vier kruisingsstations van de bmnenste kringsectie zijn de verkeersknooppunten Potsdamer platz. station Friedrichstrasse, Rathhaus en Belle-Alhance platz gekozen. De buitenste kringsectie heeft ten doel de nieuwere st*dswijken, die niet door de rechtlijnige secties worden getroffen, aan het net aan te sluiten. , „, „ ,«

Als kleinste straal der bogén is &U m. voo. ae "J aangenomen en deze komt slechts eenmaa op een enkel[punt voor, waar bovendien reeds met minder snelheid gereden wordt. Bogèn met nog kleiner straal komen alleen voor in de aansluitingslijnen, terwijl wegens de geringe spoorwijdte van 1 M en het gebruik van draaibare onderstellen voor alle wagens en locomotieven aanmerkelijk sterker krommingen zouden kunnen worden toegelaten. Met betrekking tot de diepte waarop de spoorweg ontworpen is, moest rekening worden gehouden met

de rioleeringsbuizen, met ae uuuemmepus van uo »v.*~ ~- --— Landwehrkanaal, die meermalen gesneden worden, en einae^K met de ligging der baan op de kruispunten onderling. Met het oo* op de afwatering werden horizontale gedeelten vermeden en een helling van 1 op 2000 als norm aangenomen. De sterkste helling isl op 50, terwijl verder hellingen van 1 op loüenvan 1 op 730 voorkomen. Alleen in de korte verbindingstunnels, die enkel dienen om het materieel naar de verschillende lijnen te voeren komen hellingen van 1 op 25 voor.

Met uitzondering van een klein gedeelte in het noordoosten ligt het geheele net in het breede dal, waarover zich het oude stadsgedeelte van Berlijn uitstrekt. De bodem bestaat hier voor het grootste deel uit dalzand van de bovenste diluvmmlaag en uit de alluviale zandformaties : «Fluss- Wiesen-en Moorsand)) De tunnels moeten nu voor verreweg het grootste deel in het grondwater en met betrekking tot den bodem in loopzand worden uitgevoerd, dus in een bodem, die bijna even gemakkelijk als een vloeistof naar alle kanten kan uitwijken. Het zand heeft deze eigenschap slechts bij groote fijnheid van korrel en

ander bouwwerk. Zoolang de belasting niet grooter is dan de som der elkaar tegenwerkende krachten (als draagvermogen van den bodem onder het oppervlak, wrijving en adhaesie aan den omtrek) zal er geen verzakking kunnen plaats hebben. Als bewiis dat het maken van een tunnel onder deze omstandigheden zeer goed uitvoerbaar is, kan de Czernitz-tunnel van de Wilhelmsbaan in Silezië worden genoemd, die in een dergelijken bodem is gebouwd.

Het profiel van de tunnel is nu zoo gekozen, dat er buiten de rijtuigen voor het personenvervoer nog genoegzame ruimte overschiet voor de leidingen (drukwaterleiding en electrischen kabel) Het is eivormig (zie Fig. 3) bestaande uit vier cirkelbogen waarvan de onderste een straal heeft van 1.50 M. en een halve cirkel is, terwijl het bovenste deel een straal heeft van

1.37 M. en met de onderhelft is aangesloten door twee Dogen Fis». 3. F"g- 4.

met een straal van 3 M. In den dag springt de tunnelwand, di! een dikte heeft van slechts 10 m.M. rondom 1 decimeter tem* Deze eigenaardige vorm, die minder eenvoudig is dan de cirkelvormige, moest gekozen worden met het oog op de verbindina- met de perrons en de kleinst mogelijke doorsnede.

De tunnelbuis zal uit ringen van vloeujzer ter lengte van 70 c M worden samengesteld, terwijl iedere ring bestaan zal uit viif stukken, die met inwendige flenzen ter dikte van 15 m.M. te^en elkander worden geschroefd. (Zie Fig. 4.) Alleen het onderste stuk zal voorzien zijn van evenwijdige verticale flenzen om dit deel gemakkelijk op zijn plaats te kunnen brengen.

Gaan wij nu met behulp van de Figuren 5 en 6 na hoe de