215

liederen zal doen liooren , zal zij de opregte dilettanten hoogst bezielen. De allervleijendste versjes :

Ich bi n ja auch kein Gartner, Die Sterne steh'n zu hoch , Mein Bachlein will ich fragen , Ob mich mein Herz belog.

O Bachlein meiner Liebe, Was bist du wunderlich. Will's ja nich weiter sagen , Sag Bachlein, liebt sie mich. (bis)

werden met zooveel geest gezongen , dat het publiek de hooggeschatte zangeres terug riep. Zie hier het programma: Symphonie in ut. 1 allegro, van Mozait. Psaume 42 , »Wie der Hirscli schreitvan Mendelssohn. Andante et menuetto de la symphonie, van Mozart. Mclodies chantées, par mad. Offer mans. a) Das Wirthshaus, aus der Wintermade ; b) Der Neugicrige, aus die schone Müllern , van Schubert. Finale de la symphonie. Finale de 1'ope'ra inacheve' Loreley van Mendelssohn.

De finale van Loreley, die wij hier voor de eerste maal hoorden, is eene opwekkende compositie, groot van gedachte en den genialen Mendelssohn waardig. De koren omtrent tachtig sterk bezet , werden goed voorgedragen , daarvoor komt den zangers alle eer toe.

Edoüard Gregoir.

FEUILLETON.

Amsterdam. Den 9. November jl. had het vier en twintigste vocaal en instrumentaal concert plaals, onder directie van den heer A, Berlijn met medewerking van den heer H. Völlrnar en den jongen heer J. de G r a a n , benevens het koorpersoneel der Maatschappij en het orchest van den heer J. Edua rd Stumpff, ten voordeelc van het Dianmnlwerkers-Weezenfonds. Programma. Eerste Deel. Ouverture der Freyschülz, van C. M. v. Weber. Fragment voor koor en orchest , van C. M. v. Weber, uit bovengenoemde opera (gearr. door A. Berlijn) eerste uitvoering. Fantaisie sur scène et 1'air Ah! Perfido! van Beethoven, voor te dragen door den heer H. Völlrnar. Achtste concert (Gesang scène voor de viool, van L. Spohr, voor le dragen door den jongen heer J. de Graan. Fantaisie voor groot or. chest, van A. Berlijn, de solo"s uit le voeren door heeren Leden van het Frascati-oecuesi. Tweede deel. Ouverture van C. C. Reissiger. Liederen voor kinderstemmen, a. Zufriedenheit und Wiedersehn, van D. F. Auber. b. |Op verzoek) Sdnger grusz an s Dörf'clien," van A. Berlijn. Fanlaisie caprice, van H. Vieuxtemps, voor te dragen d»r den jongen heer J. de Graan. Fragment uit Preciosa, voor koor en orchest, van C. M. v. Weber. Fantaisie sur des motifs de Lucie de Lammeimoor, van Dunkier, voor le dragen door den heer H. Völlrnar. Ouverture van D. F. Auber.

Er viel vooruitgang dezer vereeniging in de voordragen der ensemble stukken ook der kinderkoren op te merken. »Der Siingergruss an's Döifchen" van den direkteur, moest herhaald worden. Het publiek gaf telkens zijne goedkeuring over de uitvoering ook die der solisten te kennen. Het spel van den heer Völlrnar is bekend, hij is een virtuoos op zijn instrument. De 9jarige de Graan, élève van den heer C. C. Fischer, is een veel belovend violist, die den concerlbesluren mag worden aanbevolen.

De franscbe operisten uit 's Gravenhage, welke in den groolen stads schouwburg voorstellingen geven, dragen voortdurend den meesten bijval weg.

Onze stadgenoot de zeer verdienstelijke componist A. Berlijn, heeft in hel concert Frascati (17 November) met zijne nieuwe orchestcomposilie in 3 afdeelingen, door het orchest van den heer Stnmpff voortreffelijk uitgevoerd, veel bijval verworven. Vooral voldeed lm Walde met 2 orchesten bijzonder.

Het groot Nationaal concert ten behoeve van het te dezer stede op te rigten Vondel-gedenkteeken, onder directie van de HH. Frans Coenen, G. H. Heinze, Richard Hol en Wilh. Smits, den 27. jl. in hel Park, heeft aan de verwachting ten volle beantwoord, en zal uitvoerig besproken worden.

Te 's Kravenliage gaf de Zuid-Hollandsche OnderwijzersZangvereeniging den 26. October jl. haar concert, dat inde Wek¬

ker van 8 November jl. blijkbaar door een deskundige beoordeeld is. Behoudens den geuiten lof vooral over de uitvoering van de Welkomstgroet van G. Koning en Aan de Toonkunst, van P. G. Kenaud enz., ontbreekt bet niet aan vele grondige aanmerkingen. Hel doet ons leed dit verslag niet in zijn geheel te kunnen overnemen en moeten ons daarom slechts vergenoegen met hetzelve den lezers der Caecilia ter lezing in de Wekker aan te bevelen.

I trecllt. Den 18. November jl. gaf het Hoogduitsche operagezelschap uit Rotterdam, onder directie van den heer de V r ies ons in eene tweede voorstelling de nooit volprezene opera Die Hochzeit des Figaro, van Mozart. Ondanks de heerschende koude in de zaal (daarvoor dient beter gezorgd te worden) was het publiek niet koud in zijne bijvatsteekenen, want warm waren de vele toejuichingen en luide de revocatiën, ook het bis viel de dames Geisthardt en Günlher, en de heeren Dalle Aste eu Duschnitz ten deel, zelfs werd de heer Dalle Aste bij zijn optreding met een langdurig, daverend applaus en een lauwerkrans verwelkomd, eerebetuigingen een kunstenaar als Dalle Aste ten volle waardig. Mej. Günther was in de rol der Gravin niet zoo goed op hare plaats als in die van Azucena der Trovatore, en welligt is het aan eene tijdelijke indispositie toe te schrijven dat ze haren zang wel eens door le lage intonatié'n ontsierde. Mej. Frey page) die ook nu en dan met toejuiching werd begroet, en de heer Abiger [Barlholo: kwelen zich braaf van hunne taak, terwijl het overige personeel, koren en orchest tot een goed geheel medewerkten. Tot onze vreugde had de kundige kapelmeester Scraup voor eene meerdere bezetting van zijn orchest gezorgd, wat zeer merkbaar was.

Den 20. woonden wij het eerste Heeren Concert van het Studenten-korps 1-1823) onder directie van den heer C. Coenen bij waarin Men.lelssohn's 4e Symphome, de oa verin re Iphigenie in Aulis, van Gluck en Francs Juges, van H. Bertioz werden uitgevoerd, afgewisseld met het pianospel van een begaafd en toegejuicht dilettant en het vioolspel van den heer Iburg uit Amsterdam. Met de voordragt van een fragment uit het 3e concert van Leonard en de Pw-aïe-fantaisie van Vieuxtemps, oogstte ZEd. een hartelijk en daverend applaus. Het was ons een waar genoegen weer een Nederlandsehen virtuoos met zulke uitstekende hoedanigheden: gevoel en smaak, fraaijen toon en streek, zuiverheid en bravuur, te ontmoeten. Concerlbesturen mo°en een talent als dat van den heer lburg niet uit het oog verliezen.

Den 27. Nov. jl. gaf de liederlafel Aurora onder directie van den heer W. Craeyvanger, eene welgeslaagde en zeer bezochte soiree, waarover nader. De violoncellist Bekker bra»t het publiek door zijn schoon spel in verrukking. Den t l. December zal het eerste invitatie-concert van bovengenoemd studenten-korps plaats hebben, en daarin o. a. de groote vioolvirtuoos August Kompel optreden.

Vieuxtemps komt niet in Holland maar begeeft zich naar Engeland. Aan het journal f Orphéon ontleenen wij het onderstaande gedicht van den heer Varnerot, president van de Sociéié Orphëonique van Rosny-sous-Bois (Seine) op het den 18., 20. en 22 October 186't te Parijs gehouden nationale feest:

Reviens, accours! doux chantre de Ia Thrace Pour ce palais quilte les sombres bords, ' Viens! tout Francais veut, en suivant ta tracé Unir sa voix a les divins accords.

L'artisle ardent qu'inspira ton génie Guide au Progrès un peuple de chanteurs. Par 1'Orphèon Iriomphe I'Harmonie, Par POrphcon fraternisent les coeurs.

Reviens! le peuple, ivrc d'un beau délire D'un nouveau lemple élevera les mursCent mille voix que soutiendront la lyre, Retenliront dans les siècles fulurs!

Ces vastes nefs ou trónait 1'lnduslrie, Vibrent aux chants de huil mille Francais; Ainsi toujours les Cis de Ia patrie, Célébrerons sa gloire et ses succès.

De tous les points de notre chère France. Le peuple accourt a ses propres concerts; Chantons, 1'amour comblanl notre espèrance, Régnera seul sur le vieil univers.

Ce règne d'or que 1'Orphéon apporte, Que Bérangi r voyait de loin venir, 11 est a nous: Ëugène Delaporte A su hater les fruils de 1'avenir.'

Weeïien. In de laatste dagen heeft ons hier, zoo als wij