429

Deze werken omvatten, zooals bekend is, behalve de aansluiting van de nieuwe baanvakken in de lijnen naar Botterdam en naar Amsterdam aan het stations-emplacement, eene groote uitbreiding en verbeterde inrichting van dat emplacement zelf. Het hoofdbeginsel, dat daarbij heeft voorgezeten, is: scheiding van den personendienst en den goederenen rangeerdienst. Voor den personendienst zullen drie perrons beschikbaar komen. Het eerste perron wordt verbreed aan weerszijden van het stationsgebouw, het gedeelte aan de noordzijde tot aan den overweg, in verband waarmede de oostelijk van dat perron gelegen sporen zijn opgeruimd. Die verbreeding is voor een goed deel gereed. Het middenperron, nu 4 M. breed, wordt over de gansche lengte van 380 M. tot 12 M. verbreed. Evenwijdig daarmede is een derde perron, eveneens 380 M. lang, in aanleg; een gedeelte daarvan, ter lengte van 150 M., is reeds in gebruik.

Ten behoeve van de scheiding van het personen-en goederenverkeer, is de brug over den Leidschen Rijn verbreed ; de onderbouw van dit werk is gereed en aan den bovenbouw wordt de laatste hand gelegd. Daardoor wordt gelegenheid verkregen om naast de vijf sporen, die over de brug en den overweg liggen, nog een zesde spoor te leggen. Langs dit zesde spoor kunnen de goederentreinen rechtstreeks gebracht worden naar het in het vervolg voor het goederenverkeer uitsluitend bestemde gedeelte van het stationsemplacement, zoodat het voor het gewone verkeer zoo lastige rangeeren op het terrein benoorden den Leidschen Rijn, waardoor de overweg telkens moest worden afgesloten, grootendeels kan vervallen. Het rangeerterrein wordt verlegd naar het voormalige Staatsspoorwegterrein, dat daarvoor reeds geheel in gereedheid is "gebracht. Op bet terrein ten zuiden van het station, aan de zuidzijde van de vaart die op de Kruisvaart uitloopt, zal zich voortaan de beweging van het doorgaande goederenverkeer concentreeren. Voor het locale goederenverkeer is het terrein tegenover Damlust bestemd, waar eene veelading van 200 M. lengte en een losweg van 12 M. breed komen. Eene loods van 85 M. lengte en 15 M. breedte komt in de volgende maand gereed.

De »Ned St.-Ct." van 29 Oct. bevat de statuten der Naamlooze Vennootschap „Maastrichtsche Telephoon-Maatschappij" te Maastricht.

De vennootschap heeft ten doel een telephoonnet daar te stellen in de gemeente Maastricht, en zulks, zoo gevorderd, met aansluiting aan de omliggende gemeenten en in verbinding met andere telephoonnetten en dit telephoonnet te exploiteeren ten algemeenen dienste.

Het maatschappelijk kapitaal is bepaald op f 30,000; hiervan is f 23,500 geplaatst.

De vennootschap wordt beheerd door vijf Commissarissen en een Directeur, welke laatste op aanbeveling van Commissarissen door de aandeelhouders benoemd en ontslagen wordt.

Tot Commissarissen zijn benoemd de heeren: P. Regout, vader, industrieel te Sint Pieter; P. Rutten, voorzitter van de Kamer van Koophandel te Maastricht; E. Houtappel, lid van den raad aldaar; T. Jansen, kassier aldaar; en Mr. J. P. Boots, notaris te Amby.

In eene vergadering van aandeelhouders gehouden te Alkmaar is besloten tot liquidatie der tramlijn Alkmaar—Bergen—Egmond. Velschillende der aanwezigen hebben zich vereenigd met het voorloopige plan tot het vestigen van eene nieuwe onderneming, alleen voor het traject Alkmaar—Bergen.

Aan de Zwitsersche Polytechnische School te Zürich zal een leerstoel worden opgericht voor beroeps- en fabrieks-hygiène, en de leiding van den cursus aan dr. O. Rotii worden toevertrouwd.

Burg. en Weths. van Rotterdam hebben den Raad ter goedkeuring voorgelegd de plannen voor den bouw van een stoomgemaal aan het begin van den Zwaanshals ter vervanging van het kleine stoomgemaal, dat voor de bemaling van den Oost-Blommersdijk-polder dient. Tevens stellen zij voor bij het stoomgemaal te doen bouwen eene inrichting tot ontsmetting. De kosten van een en ander zijn geraamd op f280,000 en f 18,500.

De nieuwe schutsluis aan den mond der haven te Goes.

Met den bouw van de schutsluis aan den mond der haven te Goes, welke, zooals aan onze lezers bekend is, met subsidie van het Rijk en met een renteloos voorschot van de Provincie, door de gemeente Goes wordt uitgevoerd, blijft het treurig gesteld.

Nadat herhaalde malen vergeefsche pogingen zijn in het werk gesteld om de gemaakte betonfundeering in de kuip van het buitensluishoofd drooo- te leggen en maanden lang het werk heeft stil gelegen, is het werkop verzoek van den ingenieur C. L. M. Lambrechtsen, die met de uitvoering belast is, den 21sten Oct. j.1. door den inspecteur van den Waterstaat den heer G. van Diesen, de hoofdingenieurs A. van Hooff, M. Hogerwaard, R. O. van Manen en de ingenieurs A. A. Bekaar en W. K. du Croix bezocht geworden. Deze zijn eenparig tot de conclusie o-ekomen dat de oorzaak der teleurstellingen moet gezocht worden in de onvoldoende aansluiting der betonfundeering met den damwand en in de omstandigheid, dat het water in de kuip, zelfs waar deze in open gemeenschap met het kanaal staat, nimmer m rust is, ingevolge den invloed der getijden in zee, waardoor het grondwater onder steeds afwisselenden druk verkeert. Deze werking verstoort het- verhar¬

dingsproces der specie tot beteugeling of dichting der welkanalen aangebracht, zoodat deze specie niet of onvoldoende verhardt, juist op die plaatsen, waar zij het meeste nut moet doen. Omtrent de middelen, om binnen de kuipen de fundeering droog te leggen of op die fundeering het werk omhoog te trekken, bestond noch eenstemmigheid, noch een vast gevoelen, daar het uitspreken van een oordeel in deze zaak na kort beraad niet wel mogelijk is. De ingenieur Lambrechtsen gaf als zijn oordeel te kennen, dat de sluishoofden op de fundeeringen slechts konden opgetrokken worden met behulp van een werkkamer onder luchtdruk en dat alle andere middelen na de thans opgedane ondervinding onraadzaam waren. Alle deskundigen zagen in de toepassing van die werkwijze een radicaal middel, waardoor alle bezwaren konden worden opgeheven. Eenigen meenden echter, dat op eenvoudige wijze, door het aanbrengen van cementgietingen bij met water opgezette kuip, waardoor steeds druk in omgekeerde richting zou gegeven worden, en wel met behulp van helmduikers, de kuip dicht te maken zoude zijn. Anderen echter erkenden, dat mogelijke hernieuwde teleurstellingen slechts te voorkomen waren door de door den ingenieur Lambrechtsen voorgestelde werkwijze. Het slot van een en ander was, dat door gemelden ingenieur na overweging en begrooting der verschillende maatregelen, aan het gemeentebestuur van Goes bepaalde voorstellen zullen gedaan worden. Omtrent die voorstellen kan dan nader, na het oordeel over de technische en financieele zijde der zaak van Gedeputeerde Staten en den Minister te hebben ingewonnen, eene beslissing door den Raad worden genomen.

Het gedeelte Eastham—Weston van het Manchester scheepvaartkanaal — dat is van de uitmonding van het kanaal in de Mersey tot aan de monding van de Weaver-rivier — werd onlangs geopend. Kleine zeeschepen kunnen hierdoor de havens aan de Boven-Mersey ook bij eb bereiken. Het kanaal heeft in dit gedeelte een bodembreedte van 36.6 M. en een waterdiepte van 7.93 M., zoodat twee zeeschepen elkander overal kunnen voorbijvaren.

Te Hammerfest in Noorwegen is electrische verlichting van alle huizen ingevoerd. Dit is zeker wel het meest noordelijke punt, waar electrische verlichting is doorgedrongen. De stad toch ligt op 70° 39' 15" Noorderbreedte, of 4° benoorden den Noordelijken Poolcirkel. De electrische verlichting heeft daar wegens de lange poolnachten bizondere beteekenis. De jaarlijksche poolnacht begint 18 November en eindigt eerst den 23sten Januari, zoodat het electrische licht 66 dagen zonder ophouden brandt. In den zomer is er eene periode waarin de zon niet ondergaat en is dus van 16 Mei tot26 Juli of 70 dagenlang in'tgeheel geen verlichting noodig. Van 23 Januari tot 16 Mei en van 26 Juli tot 18 November moet het licht evenals bij ons des nachts branden, hoewel na 30 Maart geene werkelijke nachten meer voorkomen en deze ook eerst na 12 September weder beginnen.

De electrische stroom voor de verlichting wordt geleverd door dynamomachines, die ongeveer op een half uur afstand noordelijk van Hammerfest aan drie kleine riviertjes liggen, die door hun wilden stroom, zelfs in den winter, niet geheel toevriezen. (Deutsche Bauz.)

PROVINCIALE STATEN. Najaarsvergaderingen. Drenthe.

Bij acclamatie werd besloten Gedeputeerde Staten diligent te verklaren in zake het aan dat college gevraagd advies nopens eene aanvraag om subsidie voor een aan te leggen straatweg in de gemeente Beilen.

Bovendien werd hun om advies teruggezonden een adres van eenige nijverheidsmannen die hunne pogingen, om voldoend ambachtsonderwijs in Drenthe te bekomen, door toezegging van eene jaarlijksche bijdrage gesteund wenschen te zien.

Voorts werd aangenomen het voorstel van Ged. Staten tot verbreeding en verdieping van „het Mallegat" voor rekening van de provincie, onder voorbehoud, dat de gemeente Meppel zich belaste met het onderhoud der benoodigde werken tegen uitkeering aan die gemeente in eens van zoodanige som, als door Ged. Staten in overleg met het gemeentebestuur van Meppel zal worden bepaald. _

Een aanvraag om subsidie voor het maken eener klinkerbestratmg van Koevorden tot de Pruisische grens werd, wegens de late indiening niet behandeld, maar aan Ged. Staten om advies toegezonden.

Gelderland.

Het adres van Mrs. J. E. H. baron van Nagell van Ampsen en C J Sickesz, tot het verstrekken van een renteloos voorschot van f 50,000 uit de provinciale fondsen aan het Berkelwaterschap werd op voorstel van Ged. Staten naar deze gerenvoyeerd.

Het voorstel van de heeren van Dedem, C. Brantsen, van Avlva van Pallandt en J.- B. Dericks om bij de Regeering aan te dringen op het overnemen in beheer en onderhoud door het Rijk van de zoogenaamde kleine rivieren, werd door de voorstellers ingetrokken.

Door den heer Vitrtnga werd het voorstel toegelicht tot verkrijging