M 54-

630

Zoo neen, is het gewenscht dat de verschillende spoorwegen in handen komen van eene maatschappij, onder streng toezicht van den Staat?

Of is Staatsexploitatie gewenscht?

Aanhangig gemaakt door Amsterdam.

Is het niet wenschelijk om den bestekken, waarnaar het departement van waterstaat, handel en nijverheid, gemeentebesturen en andere groote corporatiën de levering van stoommachines en ketels uitbesteden, minder het karakter van prijsvragen te geven, voor welke beantwoording veel studie en arbeid van de inschrijvers zonder vergoeding wordt vereischt en door een meer absoluut bestek en het vragen van minder détails dezen arbeid door de aanbesteders te doen verrichten en daardoor tevens meer waarborg te geven, dat de ingekomen prijsaanbiedingen op gelijken grondslag beoordeeld worden ?

Voorgesteld door het Haofdbestuur: Welke maatregelen kunnen genomen worden tegen de verontreiniging van openbare wateren door fabriekswater ?

Aanhangig gemaakt door 's-Gravenhage:

Door welke middelen kan het zeevisschersbedrijf tot bloei worden gebracht en hoe behoort, in verband hiermede een visschershaven te worden geëxploiteerd 1

Aanhangig gemaakt door Utreeht:

Is het wenschelijk dat, wanneer door Rijk, Provincie of Gemeente groote werken worden tot stand gebracht, onze Vereeniging zooveel mogelijk haren invloed aanwendt, om de betrokken besturen te bewegen de binnenlandsche industrie op gelijken voet te behandelen als de buitenlandsche ?

De overige aanhangige onderwerpen zijn :

Voorgesteld door het Hoofdbestuur:

Is het met het oog op bezuiniging in de exploitatiekosten en tevens in het belang van het reizend publiek wenschelijk, om het aantal klassen van spoorweg-coupés te verminderen en b.v. zooals in Engeland op verschillende lijnen het geval is, de tweede klasse te doen vervallen ?

Wordt hier te lande de saccharine in de fabrieken van verduurzaamde levensmiddelen, van suiker- en chocoladewerken, van vrucht, wijnen enz., als verzoetingsmiddel gebruikt ?

ïs het wenschelijk dat door de Regeering maatregelen worden genomen tegen den invoer en het meer en meer in gebruik komen dezer stof als goedkoop verzoetingsmiddel ?

Welke is in het algemeen meest gewenschte beweegkracht voor tramwegen in steden en welke plaatselijke omstandigheden moeten bij het doen van een keuze hiervan voornamelijk in overweging worden genomen ?

Aanhangig gemaakt door Dordrecht: Ligt het op den weg onzer vereeniging mede te werken om de vrouw een passende plaats te doen innemen in de fabrieks- en handwerksnijverheid ? Zoo ja, welke middelen zijn hiertoe aan te wijzen'?

_ Aanhangig gemaakt door Amsterdam : Welke beteekenis moet aan de automobielen als vervoermiddel der toekomst toegekend worden 1

Aanhangig gemaakt door 's-Gravenhage: Op welke wijze kan de fabricage van phosphorhoudende lucifers zonder schade voor de gezondheid der werklieden worden uitgeoefend 1

Is het oprichten van rabatspaarvereenigingen hier te lande wenschelijk en mogelijk 1

Aanhangig gemaakt door Utrecht: Welke maatregelen zijn te treffen om de Nederlandsche industrie te helpen bevorderen tegenover de concurrentie van het buitenland ?

Ten einde het verkeer per as over den overweg nabij het station te Deventer zoo min mogelijk te belemmeren (een voetbrug aldaar voorziet reeds voor 't verkeer van voetgangers) heeft de Maatschappij tot Exploitatie van Staatsspoorwegen ter keuze van de regeering, plannen ingezonden lo. voor een tunnel, 2o. voor een brug, beide ingericht voor het verkeer met rij- en voertuigen.

Stoomtram Hoogeveen—Nieuw-Amsterdam.

Gedeputeerde Staten van Drente hebben aan.de heeren J. E. Scholten, te Groningen, en J. Blom, te Meppel, concessie verleend voor den aanleg en de exploitatie eener stoomtramlijn van Hoogeveen naar Nieuw-Amsterdam, met stations op deze eindpunten en halten te Nieuweroord, Zwinderen, Gees, Oosterhesselen, Sleen en Erm.

Daarentegen is afgewezen de aanvraag der heeren J. E. Scholten c. s., om concessie voor doortrekking dier lijn tot den mond van de hoofdwijk in het 12de blok van het waterschap Barger Westerveen.

Electrische tram Haarlem—Amsterdam.

Omtrent de electrische tram Haarlem—Amsterdam langs den Haarlemschen straatweg, waarvoor aan de heeren Anderheggen en Neumeïer consessie werd verleend, valt mede te deelen dat door den Minister van Waterstaat vergunning is verleend onder zeer aannemelijke voorwaarden tot het gebruik van den straatweg. Verder dat het kapitaal, zoowel voor den aanleg als voor de exploitatie bijeen is en de gronden achter den straatweg benoodigd reeds zijn aangekocht.

Het zal echter nog wel tot het volgende jaar duren, voordat met den aanleg begonnen wordt.

Stoomtram Zuidbroek—Groningen.

Naar wij vernemen, is van den heer Huurman te Groningen, aan wien concessie verleend is voor het aanleggen van een paardentram van Siddeburen (gem. Slochteren) langs Sappemeer naar de halte Borgercompagnie en verder naar Veendam, ook een aanvraag ingekomen ter verkrijging van concessie voor het aanleggen van een stoomtram van Zuidbroek, langs Sappemeer en Hoogezand naar Groningen.

Gastram van Ginneken in aansluiting met den spoorweg Tilburg—Turnhout.

Door de directie van de Eerste Nederl. Gastractiemaatschappij te Amsterdam is aan den gemeenteraad van Chaam concessie aangevraagd voor den aanleg en de exploitatie van een gastramlijn van Ginneken over deze gemeente naar Baarle—Nassau, in aansluiting met de spoorpjn Tilburg—Turnhout.

Madoera Stoomtram-Maatschappij.

Naar wij vernemen, zou den 8sten dezer door de Madoera Stoomtram-Maatschappij de westelijke lijn, van Kamal tot Bangkallan, lang 18 KM. voor publiek verkeer geopend worden en wordt in den loop der maand het in dienst stellen van de stoomboot op Soerabija verwacht.

Op de Oostelijke lijn wordt midden December het goederenvervoer ten behoeve van den dienst der Burgerlijke Openbare Werken, met werktreinen begonnen en het openstellen voor publiek verkeer over 21 KM. wordt in Februari verwacht.

Tusschen de Amsterdamsche Eerste Gastractie-Maatschappij (welke concessie heeft aangevraagd voor een gastram van Baarle-Nassau naar Ginneken) en de Ginnekensche Tramweg-Maatschappij zijn ernstige onderhandelingen aangeknoopt tot verkoop van de tramlijn Ginneken— Breda (station) aan eerstgenoemde maatschappij.

Eene buitengewone vergadering is door de Ginnekensche tramwegdirectie reeds uitgeschreven. De Gasmaatschappij zal een zeer hoogen prijs moeten bieden, daar de Ginnekensche Tramweg-Maatschappij de laatste jaren geregeld 8 pet. dividend uitkeerde en ook dit jaar weder een zeer gunstig boekjaar heeft.

Brandgevaar bij electrische geleidingen.

De heer H. Doyer uit Delft trad Dinsdag-avond in het gebouw «Krasnapolsky» als spreker op voor de leden der «Vereeniging van ter Amsterdamsche Beurze vertegenwoordigde Brand-Assuradeuren».

Als onderwerp voor zijn lezing had spr. het «brandgevaar bij electrische geleidingen».

Vele leden en belangstellenden waren tegenwoordig, o. a. de commandant onzer brandweer, de heer Meier.

Spr. wees op het belang van dit onderwerp voor de assuradeuren en het publiek. Het publiek moet op technisch gebied opgevoed worden. Het Nederlandsche volk heeft meer den aard van kooplieden, zeelui enz. dan van technici. Toch moet ons volk leeren, dat, waar ook op dit gebied een oogenblik wat meer geld moet worden uitgegeven, de vruchten, die daarvan geplukt. worden, ook naar waarde zijn. Waar niet geheel kan gezegd worden dat de electriciteit in haar kindsheid is, hoopt spr. dat dit wel zoo is bij electrische geleidingen. In de toekomst moeten deze geleidingen, evengoed maar met minder kosten aangelegd worden. Spr. zeide speciaal het brandgevaar bij de electrische geleidingen te behandelen, omdat er niet zooveel verschil van opinie bestaat onder de technici over dynamo's, accumulatoren en schakelborden. Bovendien staan deze toestellen in afzonderlijke lokalen, onder meer deskundig toezicht. Waar aan deze toestellen iets ontbreekt, kunnen deze bezwaren met geld overwonnen worden. Maar bij geleidingen komt het aan op grootere moeilijkheden, zoo er iets aan ontbreekt.

Bij leidingen komt het niet alleen op de vervaardiging, maar ook op den aanleg aan. Men moet dus vertrouwde werklieden hiervoor hebben.

Een slecht aangelegde geleiding kan brand ten gevolge hebben.

In 1893 en 1894 kwam het volk in Amerika tot het begrip van het groote gevaar dat door geleidingen, die slecht zijn aangelegd, kan ontstaan. Het bleek dat in die jaren 400 a 500 branden door deze oorzaak waren aangekomen, die een schade berokkenden van f4,000,000, zijnde !/io deel der schade, ontstaan door andere oorzaken. Eigenaardig is dat deze som evengroot is voor de schade, in die jaren toegebracht door den bliksem.

Spr. ging er nu toe over, enkele geleidingen te laten zien. Hij gaf een eenvoudige uitlegging van de wijze, waarop de electriciteit van den dynamo, door de draden stroomt.

Spr. wees er op, dat het brandgevaar ontstaat: 1°. door het verschijnsel dat de draad warm wordt, en wel zóó warm, dat de draad smelt, en de omringende stof in brand geraakt. Men heeft echter een middel gevonden om het brandgevaar op te heffen ; men maakt in de geleiding een draad, die zóó dun is, dat deze, zoodra de stroom te sterk wordt, smelt. Dit is het zoogenaamde tindraadje, behoorende tot, wat de technici noemen, de veiligheden.

Een andere oorzaak van brandgevaar vormt het verschijnsel van den electrischen boog. Men weet dat tusschen de twee koolspitsen van een booglamp een intens wit licht ontstaat (de electrische boog). Dat licht is van verbazend groote hitte, en hierdoor ontstaat brandgevaar.

Tegen dit gevaar bestaat geen middel als bij het eerstgenoemde.