23

de machine, met een stoomdruk in den ketel van 12 KG. per cM2., 412 I. P.K. met een kolenverbruik van 0.509 KG. per uur, hetgeen eene bezuiniging oplevert van 40 pCt., vergeleken met goede compoundmachines en van 17 pCt. vergeleken met triple-expansie-machines van hetzelfde vermogen.

De heeren Denny hebben eene quadruple-expansie-machine in aanbouw, die met eèn stoomdruk van 11.5 KG. per cM2. moet werken en die bestemd is voor het stoomschip Jumna van 5200 ton verplaatsing.

STATISTIEKE MEDEDEELINGEN.

Volgens Engineering bedroeg in 1885, het aantal telephoontoeslellen in de Ver. St. van N. Amerika 325,574, tegenover 13,000 in Engeland en 18,000 in Canada. Het aantal toestellen in eenige groote steden van Europa zou toen geweest zijn, in: Berlijn °4248; Londen 4193; Parijs 4054; Stockholm 3825; Rome 2054; Manchester 1171; Liverpool 1169; Glasgow 1046.

Ter vergelijking kan nog dienen, dat volgens een opstel van dr. Van Oven, geplaatst in den afgeloopen jaargang van EigenHaard en getiteld: de Telephonie in Nederland, in 1885, het gemiddeld aantal in werking zijnde toestellen bedroeg te Amsterdam 1165 en te Rotterdam 606.

Weerkundige waarnemingen te Utrecht, 8 uur voormiddag.

Barometer- „,.„,, Windkracht, Teropera- ! Oevaiien DATUM. standen volgons de tuur,graden ] regen m

7 Jan. 1887. ! 740.1 j Z.Z W. I 2 1 0 S 743.9 Z.Z.O. 10 0 0

9 - 747.0 . Z.Z.O. l' 0 1|0

10 " " : 756.1 Z. 1 0 10

11 ' 765.6 Z.Z.O. 0 —10

12 , 1 767.8 Z.O. 1 | 0l0

13 ! ' ' 771.9 Z.O. 0 j 1 ! 5

I ! i

Rivierberichten

Waterhoogten, in Meters -+• A.P. 8 uur voormiddag.

K-pnlon . Wester- Maas-

1SSR , „„:■ Lobith N,Jme- Ara- voort, tricht Venlo. Grave.

188b. 7guur l^obith. gen hem. zeXfl^ (brug)

8 Jan. | 38.86 11.74 9.27 9.37 9.94 43.66 j 11.68 'j 7.86

9 I 38 79 11.60 9.12 9.25 9.82 43.38 11.53 j 7.71

10 1 38.69 11.52 9.02 9.17 9.74 43.47 ; 11.14 7.45

11 li 38 60 11.40 8.92 9.09 9.65 43.40 j 11.15 | 7.29

12 " I 38.50 11.30 8.81 9.01 9.57 43.42 j 11.04 ; 7.20

13 li 38.41 11.20 8-72 8.93 9.49 43.35 I 11.02 j 7.15

14 l Ij 38.32 11.10 8.62 8.85 9.41 43.34 j 10.92 ! 7.08

Seul. Lob. N«n, Arah. gj Venlo Grave

Nullieroude schalen 35.85 13.91 6.22 6.91 — 7.37 42.20 — 4.85 Gem. laagste standen 37.35 9.79 7.45 7.88 8.38 8.21 42.37 9.00 4.90 Gem. zomerst. (1 Mei tot INot.) 1871-80 38.83 11.43 8.85 9.04 - 9.42 42.87 9.94 5.82 Gem. Jaarst. 1851-80 38.70 - 8.93 8.99 - 9.46 43.12 10.80 6.63 Merk III. (Verbod

van stoomvaart). 43.65 15.70 12.62 12.71 I Men zie verder „De Ingenieur" 1886, n°. 4.

De rivieren blijven dalen. Sedert 31 Dec. bedraagt de val op den Boven-Rijn te Mannheim 162 oM., bij een waterstand aldaar van 3.31 M. boven nul op 13 Jan.; sedert 30 Dec. op de Moezel te Trier 133 ,11 0„ aoiWt 7 Jn.n. 21 e,M.. bii een waterstand aldaar van 1.15 M.

boven nul op 13 Jan.

De laagste waterstand van deze week is te Keulen 51 oM., te Lobitn 33 cM., te Nijmegen 17 cM., te St. Andries (Waalzijde) 40 cM. en te Arnhem 19 cM. beneden den middelbaren rivierstand van 1871—1880.

verschillende vereenigingen, waaronder ook de Nederl. Mij. van FAectricite.it en Metallurgie, de Nederl. Electriciteits-Mij. en de Zuider zee-ver eeniging zijn opgenomen. Tevens bevat deze rubriek de interessante rede, gehouden door Professor B. H. Pekelharing, in het openingscollege van 5 Oct. '86 over het historische Socialisme.

Aan de collegeverslagen zijn eenige opmerkingen betreffende examen C voor Werktuigk. Ing. en voor Technologen in 1886, alsmede eenige beschouwingen over de opleiding van Scheepsbouwk. Ing. aan de P. S. toegevoegd.

Van de 291 ingeschrevenen aan de P. S. blijken 219 leden van het D. S. O. te zijn.

Een honderdtal bladzijden is aan Mengelwerk gewijd.

Binnenlandsche Berichten.

De Donderdag 6 Januari verschenen Delftsche StudentenAlmanak voor 1887 bevat het welgelijkend portret van Dr. A. C. Oudemans Jr., den hoogleeraar-directeur der Polyt. School.

Onder de rubriek «Mededeelingen, die voor den aanstaanden ingenieur van belang kunnen zijn" vindt men o. a. gegevens omtrent de Vaartsverbetering tusschen Rijn en Schie, een uittreksel van de Memorie van toelichting van de begrooting van het Departement van W., H. en N, Dienst 1887 (verbetering der rivieren en aanleg van St.-Spw.) en mededeelingen omtrent

Promotie bij het korps ingenieurs van den Waterstaat en de B. O. W. in Nederlandsch-indic. Blijkens de dezer dagen verschenen «Personalia", behoorende bij het Jaarboekje van het K. I. v. I., bestaat genoemd korps uit: 4 hoofd-ingrs., 15 ingrs. Ie kl., 27 ingrs. 2e kl., 11 ingrs. 3e kl. en 10 adsp-ingrs., te zamen 67 ingrs. Volgens de nieuwe formatie (zie Ingenieur n°. 16, jaarg. 1886), zal het korps bestaan uit 4 hoofd-ingrs., 11 ingrs, le kl., 14 ingrs. 2e kl., 5 ingrs. 3e kl. en 5 adsp.-ingrs., te zamen 39 ingrs., 'zoodat thans nog 28 ingrs. overcompleet zijn. Deze eenvoudige cijfers zijn welsprekend genoeg, om zonder eenig commentaar, de treurige vooruitzichten op promotie bij dit korps, voor ieder duidelijk te maken.

Sluisdeuren, die de aandacht hebben getrokken, Wij worden opmerkzaam gemaakt op het feit, dat onder de vertalingen van de onlangs verschenen 3de afl. 2de ged. van het Tijdschrift van het K. I. v. I. (1886—1887) voorkomt: »Afwateringssluizen bij het meer Erne, gebouwd naar het ontwerp van den heer F. G. M. Stoney, te Londen," terwijl hetzelfde artikel reeds vertaald en opgenomen werd in het tijdschrift van het K. I. v. I., afd. Ned.-Indië (1884—1885) onder den titel: «Sluisdeuren bij de waterwerken van Lough Erne."

Buitenlandsche berichten.

Herbouw van het Koninklijk slot Christiansborg te Kopenhagen. Door de Deensche Regeering was een voorstel gedaan om een afzonderlijk gebouw te stichten voor den Rijksdag, welke vóór den brand van het Koninklijk slot Christiansborg in laatstgenoemd gebouw zijne zittingen hield en zijne bureaux bezat. Dit voorstel werd door den Landsthing verworpen, maar daarentegen dat van de commissie van onderzoek aangenomen, welke voorstelde het slot Christiansborg in hoofdzaak in zijn oorspronkelijken vorm te herbouwen, en wel zóódanig, dat het behalve de vertrekken voor de Koninklijke residentie ruimte zou bevatten voor den Rijksdag, voor het Hoogste gerecht en desgevorderd ook nog voor eenige ministeriën. De Regeering hechtte aan dit besluit van den Landsthing hare goedkeuring.

De kosten van den herbouw, met uitsluiting van die voor de inwendige stoffeering en artistieke versiering der Koninklijke residentie, worden geschat in ronde cijfers op 5 millioen kronen (f3,312,500).

De teekeningen en bouwplannen met gedetailleerde begrooting zullen verkregen worden door middel van een algemcenen wedstrijd. Het programma daarvoor zal worden vastgesteld en het onderzoek en de beoordeeling der ingekomen ontwerpen zal geschieden door eene commissie van 9 personen, bestaande uit den minister van binnenlandsche zaken als president, den minister van eeredienst, den opperhofmaarschalk, de presidenten van den Landsthing en van den Folkething, drie door den minister van binnenlandsche zaken te benoemen leden (waaronder twee architecten) en eindelijk een door den minister van eeredienst te benoemen lid.

De wedstrijd zal bestaan uit eene algemeene en eene engere mededinging. Voor de algemeene worden drie prijzen van 2000 kronen (f1325) uitgeloofd; bij de engere mededinging wordt het beste en ter uitvoering waardig geachte ontwerp met een prijs van 10,000 kronen (f 6625) beloond, terwijl voor de beide daaropvolgende ontwerpen twee prijzen elk van 3000 kronen (f1988) zijn vastgesteld.

Ter bestrijding van de gezamenlijke aan den wedstrijd verbonden onkosten is door den Landsthing eene som van 25,000 kronen (f16,562) toegestaan. (D. Baui.)