240

„De talrijke Mohamedanen in Indie geven afzonderlijke gewijde voorstellingen ter opluistering van hunne godsdienstige feesten; meestal staat een groot heer daartoe den ruimen voorhof zijner woning af, noodigt zijne vrienden uit en geeft verder vrijen toegang. Die vertooningen behelzen altijd de geschiedenissen van Ali en zijne volgelingen, zooals zij ook in de Perzische drama's voorkomen. Merkwaardig is daarbij de deelneming van het volk aan de treffendste tooneelen uit deze mysteriën: men lacht, men schreeuwt, men schreit als wanhopigen om het lot der hoofdpersonen, en ten laatste wordt de opwinding zóó groot, dat men niet zelden eindigt met bloed vergieten! De Mohamedanen hebben geen vast tooneel, geen enkel vast gezelschap; hunne geïmproviseerde theaters maken slechts een deel van den godsdienst uit.

„ Later hoop ik vollediger berichten te geven; nu reis ik rond, geheel Indie door, van het noorden naar het zuiden, van oost naar west, en houd mijne oogen en ooren open, en alles loopt mij mee, zeker omdat ik den zegen ontvangen heb van Brahmaansche priesters, en van Boeddhisten, en van priesters van Java, en zelfs van de Jezuïeten. Weldra kom ik terug met eenen schat van aanteekeningen, en met eene fraaie Indische verzameling."