344

Anglo-Indiers zich vet mesten. Laat ons toch het beste hopen 1).

1) Sedert dit hoofdstuk is verschenen in de „Fortnightly Eeview" ben ik daarover in correspondentie geweest met mijn vriend Sir Alfred Lyall; en ik voel mij verplicht melding te maken van zijn protest tegen hetgeen daarin voorkomt omtrent het Calcutta Foreign Office, als zoude dit een staatkunde er op na houden van georganiseerde agressie tegen de inlandsche Staten. Hij schrijft mij, dat, integendeel, het Calcutta Foreign Office geen eigen staatkunde heeft, doch „rechtstreeks" onder de individueele bevelen staat van den onderkoning en zijn Foreign secretaris, die slechts een waarnemende ambtenaar is; dat deze, niet de vaste ambtenaren te Calcutta, van af lord Dalhousie, verantwoordelijk zijn voor de buitenlandsche staatkunde. Het Foreign Office heeft, naar hij verzekert nimmer Indische annexatie's aanbevolen.