166

irregulier paardevolk en Sikhs vluchtten in dolle haast uit het cantonnement en verspreidden zich in alle richtingen in de omliggende streken.

Deze ramp zou noodlottig hebben kunnen wezen voor de Europeanen op de thesaurie. Toen het Sikh-regiment in het cantonnement uit elkander spatte door het vuur der artillerie, zoude de wacht hunner landgenooten aan de thesaurie de slachting hebben kunnen wreken door te vuren op de Europeanen. Gelukkig, was de heer Gubbins daar, en evenzoo een oud Sikh generaal, die tegen de Engelschen in de Sikh-oorlogen had gestreden en te Benares resideerde onder toezicht, doch zich verzoend had met de Britsche overheersching. Beiden, Gubbins en de Sikh-banneling betoogden aan de manschappen der wacht, dat het kanonneeren der Sikhs niet met opzet kon geschied zijn, en waarschijnlijk een misverstand of een ongeluk was geweest. Ware het anders geweest, zoo zouden de Europeanen aan de thesaurie zich nooit onder bescherming eener wacht bestaande uit Sikhs gesteld hebben. Deze uitlegging bevredigde de wacht, en het station werd gered. Tevens moet gezegd worden dat het Britsch gezag edelmoedig gesteund werd door den Raja van Benares en een ander Hindoe gentleman van hoogen rang en invloed.

Kolonel Neill besteedde eenige dagen aan het verdrijven der muitelingen uit de omstreken van Benares, en vertrok toen naar Allahabad. Bij zijn aankomst vond hij de stad in een toestand van beroering en opstand, terwijl de Europeanen in de citadel opgesloten, belegerd werden door muiters en opstandelingen. De stad Allahabad is gelegen, zooals reeds is beschreven, aan de samenvloeiing van den Ganges en de Jumna, in het centrum van Noordelijk Indie, en ongeveer halfweg tusschen Calcutta en Deli. Het is de sterkste vesting tusschen Calcutta en Agra. Zij beheerscht de geheele rivier-gemeenschap tusschen Bengalen, Oudh en de Noord-Westelijke provinciën. Zij beheerschte evenzeer den ouden grooten landweg tusschen