482

Werd door vele kundige planters in de laatste jaren reeds veel gedaan om den weg te wijzen hoe door eene doelmatige grondbewerking, gepaard met eene oordeelkundige bemesting de rietopbrengst verhoogd en de hoedanigheid van riet en sap verbeterd kunnen worden, toch ontbrak nog steeds eene gelegenheid, waar door streng wetenschappelijk doorgevoerde proeven en onderzoekingen, de juiste middelen worden aangegeven om ook in deze richting vooruit te gaan.

Door den hoofdinspecteur Dr. J. H. F. Sollewijn Gelpke, werd in de Locomotief van 16, 17, 18 en 19 Maart 1885, het nut van Proefstations voor suikerriet zoo duidelijk aangetoond, dat het overbodig mag heeten, dit hier nog nader uit een te zetten.

Een vier-en-twintig-tal suikerfabriekanten uit de residentiën : Cheribon, Tegal, Pekalongan en Banjoemaas, van het nut eener zoodanige instelling ten volle overtuigd, hebben met vereende krachten den stoot gegeven om de oprichting van het Proefstation voor suikerriet in West-Java te verwezenlijken. De commissie daartoe uit hun midden gekozen is er, hoewel niet zonder veel mo.eielijkheden, en niet zonder het ondervinden van teleurstellingen, daar toch ook van de fabriekanten in de vier genoemde residentiën meenden hunnen steun aan eene zoo dringend noodige inrichting te moeten onthouden, ten slotte in geslaagd, het Proefstation voor suikerriet in West-Java tot stand te brengen.

Dit Proefstation is thans geopend en in volle werking. —■ Het is gevestigd te Kagok, district Doekoewringen, residentie Tegal in de onmiddellijke nabijheid van de halte Ketapan-Slawie van den spoorweg Tegal — Balapoelang. Aan het hoofd staat de directeur Dr. W. Kruger, voorheen chef van de Planteuphysiologische afdeeling van het Landbouw proefstation te Halle a/S die wordt ter zijde gestaan door den assistent Dr. H. Winter, voorheen assistent aan het Laboratorium van de Vereeniging van Duitsche suikerfabriekanten te Berlijn. Beiden werden door de commissie