388

schelijk geslacht te verdelgen. Zij beweerden te handelen overeenkomstig het bevel van de godin Bhawini of Kali, de vrouwelijke Siwa, het verstorend element van de Indische Drieëenheid, die uit Brahma (den Schepper), Yisjnoe (den Onderhouder) en Siwa (den Vernietiger) bestaat. Deze vreeselijke godin, zoo verhaalde de Thags, heeft het verbond der wurgers gesticht en zij deelden daaromtrent de volgende mythe mede.

Voor duizenden eeuwen dreigde de daemon Baket Bidsj Dana, die slechts van menschenvleesch leeft, de aarde te ontvolken. De godin Kali wilde het monster dooden, maar uit zijn bloed ontstonden een aantal nieuwe daemonen. Toen schiep de godin uit het zweet van hare door den strijd vermoeide armen twee menschen, gaf ieder hunner een doek en gebood hun daarmede de daemonen te wurgen. De wurgers slaagden in de hun opgedragen taak en ter belooning schonk hun Kali de gebruikte doeken en daarbij 't verlof om door 't wurgen van hunne medemenschen hun brood te verdienen. Zij beloofde hun tevens bescherming zoolang zij geen bloed vergoten. Deze sage werd zonder twijfel door de meeste Thags geloofd, die hunne slachtoffers beschouwden als zoovele dankoffers aan de godin.

Van een aantal gevangen hoofden der Thags, van welke een zich beroemde aan meer dan zevenhonderd moorden te hebben deelgenomen, vernam men o. a. de volgende bijzonderheden.

De Thags zijn verdeeld in Bhartots, d. i. zulke, die in de kunst van het wurgen ervaren zijn, en in Tsjelas of nieuwelingen. De Bhartot is dikwijls het hoofd eener bende. De Tsjela is slechts een werktuig in de hand van zijn meester, en als hij alleen staat, niet gevaarlijk. Geen Tsjela kan Bhartot worden, eer hij aan een zeker aantal ondernemingen heeft deelgenomen, om gehard te worden in zijn vreeselijk werk.

Met vele ceremoniën worden de nieuwe leden in 't ge-