398

mijn rug liggende doorgebracht, met majoor Jeltes, mijn commandant en zijn adjudant. Den volgenden dag werd het bivak verkleind en kreeg mijne ambulance eene veiliger plaats. Majoor Jeltes, die zich gedurende genoemden aanval steeds in mijne buurt bevond, achter een dijk, en gezien had, hoe onveilig ik het had, maar mij geene betere plaats kon geven, heeft mij den volgenden dag in zijn rapport eervol vermeld."