440

In het Yoorloopig Verslag wordt betwijfeld of de intrekking van de stoomvaartlijnen Batavia-Tjilatjap en van Soerabaja naar Bali en Lombok met het algemeen belang is overeen te brengen.

De intrekking van de eerstvermelde lijn kwam reeds vroeger aan den ondergeteekende ongewenscht voor. Hij is in die meening versterkt door de onlangs uit Indie over deze zaak ontvangen stukken, waaruit blijkt dat zoowel de Europeesche als de Chineesche handelaren te Tjilatjap de wederinvoering althans van een tweemaandelijkschen dienst tusschen Batavia en Tjilatjap hebben verzocht.

Wel is waar werd in 1870 de stoomvaartverbinding tusschen de beide genoemde plaatsen uitsluitend in het belang van 's lands dienst in het leven geroepen en is dit belang vervallen sedert Tjilatjap door middel van een spoorweg aan de lijn Samarang-Vorstenlanden verbonden is, doch bij de opheffing van die verbinding is, naar het oordeel van den ondergeteekende, over het hoofd gezien dat de spoorweg van Djokjokarta naar Tjilatjap vooral is aangelegd om de producten uit het westelijk deel van Djokjokarta, uit Bagelen en uit Banjoemas gemakkelijk naar Tjilatjap te kunnen afvoeren en om de consumtie artikelen gemakkelijk van Tjilatjap naar die gewesten te kunnen opvoeren. Daar de particuliere vaart op Tjilatjap vooralsnog hoogst onbeduidend is, kan dit belangrijke doel van den spoorweg niet bereikt worden, wanneer geen geregelde stoomvaartdienst op Tjilatjap bestaat. De geregelde dienst van Tjilatjap op Batavia is dus eigenlijk het noodzakelijk complement van den spoorweg van Djokjokarta naar Tjilatjap. Het spreekt van zelf dat, wanneer de voorgestelde spoorweg van Warong Bandreg naar Tjilatjap eenmaal voltooid is, de stoomvaartlijn van laatstgemelde plaats naar Batavia nog onontbeerlijker zal zijn.

Op bovenstaande gronden is bij de nota van wijziging gerekend op het invoeren van een tweemaandelijkschen dienst tusschen Tjilatjap en Batavia.