69

behoefte van zich en zijn gezin, en voor hetgeen hij van het ingezamelde product verbruikt kunnen hooge of lage marktprijzen hem volkomen onverschillig zijn. Alleen voor de betrekkelijk geringe hoeveelheid, die hem ten verkoop overblijft, kan hij belang hebben bij hooge prijzen; doch het hiermede te behalen voordeel komt in den regel niet aan hem ten goede, maar aan de tusschenpersonen, die als gelduitleeners den landbouwer veelal geheel in hun macht hebben. Bovendien is de hoogere prijs, waartegen de landbouwer zijn surplus product van de hand kan zetten, dikwerf reden genoeg om hem voor zijn geheelen oogst tot een hooger bedrag aan te slaan in de landrenle, die hij in klinkende munt in 's lands schatkist heeft te storten, en zoo wordt door de stijging der graanprijzen den kleinen man somwijlen een ondragelijke last („ a crushing burden") op den hals geschoven.

Maar het ergste van alles is, dat de hoogere prijzen een spoorslag te meer zijn voor de bevolking om zich te ontdoen van de voorraden, die zij vroeger placht op te leggen met het doel om in tijden van schaarschte te beter het hoofd te kunnen bieden aan de rampen, die daaruit voor haar kunnen voortvloeien. Weleer gold het als vaste regel, dat hetgeen men bij gunstige oogsten van het ingezamelde graan overhield bewaard werd in daartoe bestemde, goed overdekte begraafplaatsen, en het is voor Indie van het grootste belang, dat met dit gebruik niet voor goed gebroken wordt, want dergelijke voorraden zijn, volgens den heer Connell, „ the very best kind of available capital in a densely populated country." „They can", dus vervolgt hij, „ be utilised for the employment of labourers of every kind, or for the cattle, or for trade, and for the latter purpose a slow means of communication all through the country, whether by road or river, is all that is necessary."

Aan snellere middelen van gemeenschap, zooals spoorwegen, heeft Indie dan ook betrekkelijk weinig behoefte, en waar die behoefte aanwezig mocht zijn behooren belanghebbenden zelf