67

vraagstuk voor, het andere na, in Afrika's ontdekkingsgeschiedenis tot bekendheid. Terwijl de Congo-staat zich thans eene gebiedsverkleining moet getroosten, had een jaar geleden het omgekeerde plaats. Jaren lang was er over gestreden, waar de TJelle heenliep, de rivier die op de Blauwe bergen bewesten het Albert Nyanza ontspringt. Sommigen hielden haar voor den bovenloop van de Schari, die in het aan den zuidrand der Sahara gelegen Tsad-meer uitstroomt. Anderen trokken haar door naar Kameroen, aan de ombuiging van de kust van Gruinea, maar de derde meening, dat zij tot het Congobekken behoort, werd door den tocht van luitenant van Gele bevestigd.

Voorloopig is de vraag naar de grens van den Congostaat zeker nog van weinig prachtisch belang, maar zij kan dat eenmaal worden. Wanneer, is niet te bepalen. Te vreezen is het, dat het tijdstip, dat de regeering van den Vrijstaat in het N.O. van haar gebied blijvend gezag zal uitoefenen en den slavenhandel der Arabieren beletten, door Stanley's expeditie verschoven is. Emin Pacha's provincie vormde in het Zuiden het eenige bolwerk tegen de volgers van den Mahdi. Deze hebben reeds getracht het te nemen. Wellicht, ja waarschijnlijk, zal hun dat gelukken, nu de man, die jarenlang de verdediging heeft geleid, vertrokken is. Het is te hopen, dat het Stanley nooit berouwen moge, hem tot vertrek te hebben aangespoord in plaats van te wachten, het behoud van zijn post mogelijk te maken. Stanley schijnt den indruk gekregen te hebben, dat het laatste volslagen ondoenlijk was. Men zal Emin moeten hooren, vóór men in deze zaak tusschen hun beiden eene beslissing neemt.

Eene andere ontdekking van Stanley is wellicht evenmin als die van de Semliki geheel nieuw, nl. die van het hooggebergte Ruwenzori. Waarschijnlijk is dit namelijk dezelfde berggroep als de Mount Cordon Bennett, die Stanley in 1876 hier zag, hoewel hij dien nu met geen enkel woord