S C H O OliHHtf W S. 339

op den ftijl, en hier en daar eene zeer enkele fout tegen de taal heeft aangetroffen , die echter allen zeer gemakkelijk te verbeteren waren.

Alle drie de verhandelingen zijn der Commisfie toegefchenen van "dien aard te zijn, dat er uit dezelve gezamenlijk een zeer goed geheel konde gemaakt worden, dat elke iets bevattede, dat in de twee overigen niet gevonden werd, en elke eenig gebrek had, dat in de overigen verbeterd was.

De Commisfie had hier dus alleen te beilisfen, welke verhandeling de menste volkomenheid en de minfle gebreken had , dat is: welke verhandeling het volledigfte van de drie was, welke de beste-voo.rdragt had, waar de minfte onnaauwkeurigheden waren.

In deze beflisfing is echter dc Commisfie niet eenparig geweest; doch de meerderheid heeft den Eereprijs toegekend aan de verhandeling, geteekend met de fpreuk: Onze voorvaders enz., als welke van de drie, volgens het oordeel dier meerderheid, de meeste volkomenheden en de minfte gebreken had.

Zij heeft dus aan den Schrijver van dit ftuk de uitgeloofde Gouden Medaille en t-wmtig Gouden Dukaten toegekend, en aan de Schrijvers der beide overigen, zonder tusfehen dezer betr.ekkeliikc meerderheid te beflisfen, ieder een. Zilveren Eere-> penning, met bijvoeging ( om de moeite aan hunne ftukken hefteed ) van eene fraaije zilveren Tabaksdoos voor ieder. Bn