Mengelwerk.

Iets over de noodzakelijkheid van de invoering der CSyniiiaftf iek op de lagere «eiiolen: door de gymnastiek onderwijzers-vereeniging.

Wij leven thans in eene eeuw van beschaving, van vooruitgang, bijna alles gaat met renzeschreden voorwaarts. Ook het onderwijs is in de laatste jaren, wij mogen wel zeggen met stoom, vooruitgegaan.

Als een gevolg van dien snellen vooruitgang op het gebied van beschaving doet zich thans eene andere behoefte gevoelen in de ontwikkeling des lichaams. Is het waar, dat een gezonde ziel slechts in een gezond lichaam woont, dan moet ook, om beider gezondheid te behouden, de ontwikkeling van beide gelijken tred houden.

En heeft dit bij de tegenwoordige wijze van opvoeden wel plaats? Helaas! neen. Wel begint men zich meer op lichaamsoefeningen toe te leggen, wel vermeerdert het aantal gymnastiek-beoefenaars; doch is de gymnastiek ook reeds als verplicht leervak bij het middelbaar onderwijs opgenomen, wat zij zijn moest is zij nog niet, zij is nog geen volkszaak. Wel geven ons de steden Amsterdam, Gouda en eenige andere navolgenswaardige voorbeelden, doordat ook daar aan de leerlingen der volksscholen gymnastisch onderwijs gegeven wordt; doch over het algemeen toch zijn het in andere plaatsen alleen de meer gegoeden, die dit onderricht ontvangen; het platteland is er bijna geheel van verstoken.

Het nut der gymnastiek en de noodzakelijkheid van hare verheffing als volkszaak is reeds herhaaldelijk het onderwerp geweest, waarover verschillende knappe mannen geschreven hebben. Wij noemen slechts: Dr. Lübach, Dr. Aliebé, C. Eüler enz.