Mengelwerk.

zijn, siellen wij A=10" + z>, dan is: A'= ( 10" + pY = 10'" + 10" 2 p +> = 10" ( 10" + 2p ) -+- p';~ of, dewijl A = 10" + p en A If~p =: 10" is:

Aa = 10" (A + p) + pf . (1>

dat is: men termeerdere of vermindere het gegeven getal A met zijn complement, naar mate A > of ^ is dan 10"; plaatse achter de som of het verschil n nullen, en addere daarbij het vierkant van het complement, dan zal de som =s Aa zijn. Voorb.:

987 979 af 13 complem. 21 •»

97X000 958... 13-... 169 2Ï*... 441

974169 r= (987)'. 958441 = (979)'.

1025 1109 bij 25 complem. 109

1050.. - 1218 ...

25%..625 109*... 11881

1050625 sss (10251229881 =r ( 1109 )'.

Men ziet uit deze voorbeelden, dat, wanneer het complement niet groot is, de bijtelling van deszelfs vierkant in eene eenvoudige nevenplaatsiug bestaat.

Indien het getal A nader bij eenig veelvoud van 10" dan bij 10" komt, is de bewerking niet minder eenvoudig. Stel, om zulks aau te toonen, 10".a + /p=A, dan is-

A'