SCHOOLORDE ENZ.

320

en den leerlingen dagelijks in het fchoolwerk behulpzaam zijn. — Zoo ook zorgt hij voor een alkzins gefehikt, ruim, licht, luchtig en zindelijk fchoolvertrek, voor bekwame verwarming en verlichting in den winter , voor Leesboeken, Penne», Papier, Inkt, Landkaartenen wat die* meer is; alsmede voor jaarlijkfche prijzen, min of meer ter waarde van vijftig guldens, zonder voor dat alks leis boven de bepaalde fchoolpennm*. gen in rekening te mogen brengen.

6. De Meester geeft gefehikt onderwijs in het Lezen cn Schrijven, in de eerfte beginfelen van het Teekenen, Zingen en Rekenen, in de Bijbelfche, Algemeene en Vaderiandfche Gefchicdenis, Geographie, Natuurkunde, Natuurlijke Historie en in de gronden der Nederduitfche Taal.

7. Voor ieder kind, zonder onderfcheid , wordt betaald negen guldens en vijf Huivers bij het eindigen van ieder vierendeel jaars, het zij men van deze drie fchookijden gebruik make of niet, cn zonder dat men voor vacantiedagen, of zulke, waarop ecu kind, om welke reden dan ook, niet ter fchool kwam, iets zal mogen aftrekken; aanhoudende ziekte alleen maakt in dezen cenige uit, zondering.

8. De fchooipenningcu zullen noch verminderd noch vermeerderd mogen worden.

9. De rekeningen der fchoolpcnningcn worden op de vervaldagen gegeven, zijnde dc ifte van Oogstmaand, de ifte van Slagtmaand, de ifte, van Sprokkelmaand, cn dc ifte van Bloeimaand. Voor kinderen, welke tusfehentijds worden aan-

Bb4 |Q-