Boékbeoor'deelingen.

meldmg gemaakt van den God Fosta (Fosite, Fosro), die op 't eiland Ameland zou zijn vereerd gewordenSchoon dit ongetwijfeld de naam van een' oud-Frieschen en Noordschen afgod is, zoo meenen wij toch, dat op zeer zwakke gronden beweerd wordt, dat Ameland in 't bijzonder de zetel van die afgodsdienst zoU geweest zijn, en oudtijds zelfs den naam van Fosteland zou gedragen hebben. Met meer regt wordt dit een en ander op Helgoland toegepast. - Van Staveren vinden we hier wel gewag gemaakt als van eene oudtijds belangrijke handelsplaats; maar wij meenen, dat in een werkje, geheel aan de Friesche geschiedenis gewijd, wel wat uitvoeriger berigt had mogen gegeven worden nopens deze weleer grootste, handelrijkste en vermogendate stad van geheel Friesland. Had b. v. niet met een enkel woord het oude volksverhaal mogen vermeld worden nopens den oorsprong van het zoogenaamde vrouwenzand en het daaraan toegeschreven verval dezer rijke koopstad? _ Daar de geschiedenis van Friesland in de latere eeuwen zich grootendeels oplost in de algemeene geschiedenis des vaderlands, had, onzes inziens, wel wat breedvoeriger kunnen gewaagd worden van sommige personen, die in eene naauwere betrekking tot Friesland dan tot de overige Nederlanden stonden. Wij hebbe» hier meer bijzonder het oog op den zoo jammerlijk omgekomen Frieschen stadhouder Jan Willem Friso, den held van Oudenaarden en Malplaquet; en op zijne edele en godvruchtige echtgenoote Maria Louisa, wier Begentschap en langgerekte loopbaan haar nog tegenwoordig onder den gemeenzamen naam van Mieke-moei bij de Friezen in zegenend aandenken doet zijn. — Slechts ter loops vermelden de Schrijvers, en naar ons oordeel