Van careL eorromeüs,

ïijks werd der ganfche < geestelijkheid alle pracht en.

zwier in kleeding wel uitdrukkelijk ontzegd. • Dit

alles verwekte een geweldig misnoegen. Men Helde hem privilegiën en vrijdommen tegen; men fchreeüwde over onregtvaardigheid, despotismus, wreedheid; men dreigde met brieven aan den Paus; men dichtte hem de on* N edelfte inzigten toe; men luisterde elkander in het oor, dat hij naar de eer van eenen Heilig Hond. In het kort, Priesters en leeken, adel en volk, jonge en oudé lieden, ergerden zich aan hem. Borromeus liet dè gemoederen zich bekoelen, laveerde een weinig, en gaf der grootfte hitte in zoo verre toe, dat hij niet, op eene verbitterende wijze, Zijne zaken doordreef; toen echter de Horm bedaard was, bleef hij bij zijné eenmaal gegevene bevelen, hield met moed en" ftandvastigheid vol, en zegepraalde. Hetgeen, intusfchen, in de klagten waarheid was, liet hij zich gezegd zijn, en verbeterde het; maar voor het overige, verachtte hij al het ondoelmatige en namelooze, het lichtfchüwe en boosaardig gefluister, en het woest geroep des volks, 9t welk alles, in ftede van hem wankelmoedig te maJjen, integendeel, zijnen moed en zijne flandvastigheid vermeerderde en verfterkte.

In zijn ganfche Aartsbisdom was geene enkele kerk of kapelle, die hij niet bezocht had. Hoe (teil en on* gebaand de weg ook zijn mogt, inzonderheid naar den kant van Zwitferland, hij kwam overal. Op de Al* pen, waar geen paard meer fpoor had, klom hij, mét eenen knoestigen Hok, en eenen buidel op de fchouderen, op en af, tot dat hij de beiteinde plaats bereikte* Somwijl ontmoette hij plekken, daar hij kruipen moest, of de ichoenen met ijzeren punten laten voorzien, ohi voort te komen. Op die plaatfen at hij dan, met de DCferen, kastanjen en melk; en de eetzaal was tevens zijne Haapkamer. Met hem kwam zegen eii verkwikking. He armen werden getroost, de kerken verbeterd, en het Volk door zijne tegenwoordigheid en doót zijne redenen gedicht.. Öp meer vermogende plaatfen, die hij bezocht, mogten niet nieer dan drie geregtert opgedischt worden. Zijn ganfche gevolg beftond in zés perfonen. De Vifiiatie gefchiedde in de volgende ordé* Zoodra hij op eene plaats aankwam, ging hij, gelijk hij was, verkleumd van koude, of bezweet door de hitte, regtflreeks in de kerk , deed zijn gebed, en ver-

Meng, 1807, no, a. F maan»-