■y^FEREEI. VAN BEN ©ODSDIE^ST IN SPANJE. $gg

dsgen, in i5>,ö»/e eenigen voortgang, welke, *t is waar-, tot hier toe, over het geheel, nog niet zeer in het oog valt, maar nogtans voor het toekomende veel fchijnt je beloven. Hoe zeer het ongelijk grootere. deel des volks, zelfs de aanzienlijken, als ook het Hof, nog aan het oude bijgeloof vastgehecht blijven, zijn er echt ter een gansch niet onbeduidend aantal doorzigtige mannen, die, deels door hunne opvoeding, en deels door eigen nadenken, inzonderheid ook door het reizen , hetwelk thans onder befchaafde Spanjaarden minder zeldzaam wordt dan eertijds, tot zeer gezonde denkbeelden over den Godsdienst gekomen zijn, en er tamelijk vrijmoedig over fpreken. Men vindt zelfs onder de Geestelijken, die zich boven de gemeene vóoroordeelen verheffen. Ook z'rjn in latere tijden vele Gods-? dienftige misbruiken afgefchaft.

Maar onder de volksklasfen, bij welke de opvoeding verwaarloosd is, waar het ontbreekt aan middelen tof befchaving van het verftand, en aan gelegenheid oni het eigen nadenken op te wekken, en vooral aan omgang met vreemdelingen en deze klasfen zijn de talrijkfte •*—- daar heerfchen bijgeloof en dweeperij nog |n volle kracht.

Men kan derhalve, in het gemeen, met regt zeggen: de Spanjaard is Godsdienftig dweepziek, bijgeloovigs doch zijne Godsdienstigheid beftaat niet in reiuen Godsdienst des harte, op echte zedelijkheid gegrond, maar enkel in de waarneming der uitwendige gebruiken van den Godsdienst, in plegtigheden, en in kïndiche pracht en' praal, waaraan zijne -geheele ziel hangt. Hij flaat

een'' kruis, bidt geregeld zijnen rozenkrans aan

welken hier eene groote kracht wordt toegefchreven — hoort vlijtig de Mis, en laat ook, wanneer zijne beurs het gehengt, voor zich Misfen lezen; want de Geestelijken weten, tot hun voordeel, de alvermogende werking der _ Misfen zeerj krachtig aan te prijzen. De vrome Spanjaard geeft voorts mildelijk aalmoezen, werkt niet op zon- en feestdagen, eet op de beftemde vastendagen geen vleesch, gaat dikwijls terbiegt, communiceert, vereert de heilige Maagd, inzonderheid die van Carmel, en gelooft dan alles gedaan \e hebben wat db. Godsdienstpligt van hem vorderen kan, zonder te bedenken dat zedelijke verbetering nog veel gewigtiger is, dan, de bloote waarneming vp.n, uiterlijke plegtig-