380 BE SCHAKTIERS IN LOUISIANA.

duldt dit volk de fodomie onder zich ; doch de verachtelijke tehepfels, welke zich aan deze fnoode ondeugd ten prooi geven, moéten tot een kenteeken vrouwekleederen dragen.

Zij verachten den logenaar en pogcher. Zij zijn in menigerlei fpelen en ligchaamsbuigingen zeer bedreven. Hun geüefkoosdfte vermaak is het balfpel of kaatfen, en met de blaaspijp weten zij ongemeen goed om te gaan. Hunne gezellige bijeenkomften worden altijd des nachts gehouden.

Wanneer de vrouwen in het denkbeeld zijn van te zullen bevallen, dan blijven zij niet in hare hutten, maar verbergen zich in de bostenen, waar zij zich zonder den bijftand van eenig mentehelijk wezen, van hare vrucht ontlasten, en terftond daarop zich met haar kind baden. Zij zogen hare kinderen zeiven, zoo lang als deze aan de borst zuigen willen, en zij bereiken vaak eenen tamelijken ouderdom, eer zij gefpeend worden. Door de zorg, die zij inzonderheid aanwenden, om hare kinderen liet gebruik hunner leden vrij te laten , naardien zij hen in geene doeken winden, maar enkel in de i'chors van eenen boom leggen, zoodat zij zich naar welgevallen kunnen bewegen, zijn er onder hun geene mismaakte lieden.

Bi] deze Natie, even als bij alle Noord-Amerikanen, en verfcheidene andere volken, wordt alleen de ftam van de zijde der vrouwen voortgeplant. De moeder durft zich nogtans niet verftouten baren zoon te liaan; want van eene vrouw geflagen te worden, wordt bij deze Wilden voor eene eerrooving aangezien.

De echtbreuk wordt bij dit volk op eene zonderlinge wijze geftraft. De echtbree^fter wordt in eene weide gebragt, en daar aan den moedwil der jonge lieden overgegeven; dit heeft natuurlijker wijze de echtfeheiding ten gevolge. Wanneer naderhand, gelijk fomtijds wel pleeg te gefchieden, een laaghartige kerel deze verftootene vrouw huuwt, zoo blijven toch altoos fmaad en fpot op haar hechten.

EENI-