282

DE ROMAN VAN EEN SCHILDER

met Leo Brak, praatte voortdurend en gesticuleerde met een kleurigen parasol, zoodat het den planter ergerde. Hij volgde op een afstand met Erica en Willem Goedeman en onder het loopen overdacht hij bij zichzelf, of het niet verstandiger zou zijn geweest zich te verkleeden en zijn zonderling rijcostuum voor een gewonen colbert te verwisselen. Vragend keek hij om naar den schilder, maar toen hij bemerkte, dat deze met Maria Fransen achterbleef, schaamde hij zich voor Erica en begon onmiddellijk een verward gesprek, strak voor zich uitstarend, hoezeer ook Anna's impressionistische parasol hem hinderde.

Uiterlijk kalmer dan de anderen schreed Maria voort. Stemmig, in een donker kleed, bewoog zij zich langs den stoffigen landweg. Een enkele maal stond zij stil, vermoeid door de middaghitte, en wischte zich de parelende droppels van het voorhoofd. Dan liet zij den arm zinken en over de blonde korenvelden tuurde zij naar den blauwen horizont, waar het drama van dood en verderf zich afspeelde. Men vocht bij Turnhout, scheen het, dicht aan onze grenzen. Een onvoorzichtige manoeuvre! een afgedwaalde kogel! — en ook Nederland werd in den strijd betrokken. Wie weet! Misschien gebeurde het al vandaag en kon men zoostraks van de militaire overheid de sensationeele tijding vernemen. En anders zou het morgen zijn of overmorgen stellig!

Het was merkwaardig, hoe Maria telkens heftiger prikkels zocht, om haar matte begeerten aan te vuren. Een waarachtigen, sterken, zuiveren hartstocht kende zij niet. Zij kende alleen maar kwijnende verlangens, die zij trachtte op te zweepen door een zwoele fantasie. De liefde scheen haar een leege, inhoudslooze comedie, die een subtiele, precieuze ensceneering vereischt, om de aandacht te boeien. Gewoonlijk ontwierp zij zelf de noodige decors en koos de figuranten uit, want zij bezat een koel vernuft en de spitsvondigste combinaties wist zij te bedenken. Maar thans verschafte haar alleen al de wereldkrijg een zoo machtigen, dramatischen achtergrond, waartegen het spel der zinnen zoo zwijmelzoet zich afteekende, dat zij een oogenblik van aandoening sidderde.