DE ROMAN VAN EEN SCHILDER

283

Spoedig echter herstelde zij zich. Immers! het was niet om den oorlog, dat zij zoo plotseling den Haag verlaten had. Reeds lang voor het Europeesche conflict was uitgebroken, koesterde zij het denkbeeld om naar Limburg te vertrekken en zich onverwacht op Veldzicht te vertoonen. Gedurende de zomermaanden verveelde zij zich in de Residentie en ofschoon zij voor den kunstenaar weinig passie ondervond, was zij nieuwsgierig naar zijn landhuis en zijn vrouw. Er zijn menschen, die zoo dikwijls in den appel beten, dat zij den delicaten smaak van het verboden ooft bijna niet meer proeven. Voor hen lijkt de zonde alleen genietbaar, als zij in een reine, deugdzame atmosfeer bedreven wordt. Ook Maria bezat een zoo averechtsche natuur, dat zij een schrille contrast-werking behoefde, om aan de verveling te ontkomen. Den minnaar te bezoeken in de woning zijner trouwe, kuische gade! — dat scheen haar een kostelijke variant van het anders zoo monotone spel der liefde. Zich te doen omarmen door den schilder, terwijl zij door Erica ontvangen werd! — dat was het eigenlijke doel van haar komst. Nog eenmaal wischte zij zich de parelende droppels van het voorhoofd en zij lachte kort, terwijl zij langzaam verder wandelde.

Van Baerle bekeek haar met een onbestemde achterdocht, maar hij begreep haar niet. Ondanks zijn vierenvijftig jaren en zijn amoureus verleden was hij tamelijk naïef gebleven. Hij kende de vrouw uitsluitend als bewonderaarster. Allen, die hij eenmaal liefhad, kuischen en onkuischen, fieren en onderworpenen, hartstochtelijken en passieloozen, en zelfs ook Erica, die hem langer bekoorde dan eenige andere — allen vereerden zij in hem den kunstenaar. Het begon meestal met een schuchtere aanbidding, een schuwe, fluisterende devotie. En de schilder, die in de wereld zoo weinig aanmoediging ondervond, aanvaardde dankbaar de lofspraak van het zwakkere geslacht. Hij wilde de lippen teekenen, die zulke woorden lispelden, het gelaat vereeuwigen, dat hem zoo liefelijk, zoo droomverloren aanstaarde. Al spoedig sprak hij van poseeren, waarbij hij zelden op bezwaren stuitte. Dan volgden de vertrouwelijke