OM IN DE WERELD VOORUIT TE KOMEN

Zoolang ze nog bezig zijn daarnaar te raden, laten ze je met rust wat het volgende betreft. Iedere vertrouwelijkheid is een verlies; wat je hebt prijsgegeven ben je kwijt, en roofgierig grijpen de mevrouwen naar het volgende stukje geheim, tot ze, als de harpijen der oude mythologie, alles verslonden of bezoedeld hebben; en naakt en beklad staat ge op straat.

Het is natuurlijk niet prettig voor oninteressant gehouden te worden. Om dit te ontgaan en toch zichzelven niet ten prooi aan de wolven te geven, zijn er twee middelen: aanvallen en afleiden. Aanvallen heeft zijn bezwaar; het onderstelt dat ge zelf nieuwsgierig zijt, eerst naar het budget van uw vrienden, dan naar hun ondeugden en zwakheden, eindelijk naar de vroegere of tegenwoordige vlekken op hun parentage of vriendenkring. Je wilt daar, als het niet zoo is, ook den naam niet van hebben; ik houd je er ook te fatsoenlijk en te degelijk voor. Je zult dus moeten afleiden. En helaas, dan zal het je tegenvallen te zien, hoe verbazend klein de keus van onderwerpen is. Je moet dan toch zóó druk praten dat je tegenstandster overbluft wordt, zóó interessant dat ze met het ademloos luisteren haar eigen boos opzet vergeet, zóó overheerschend dat ze geen gelegenheid heeft haar eigen slaglinie te ontplooien. En waarover dat alles? Over onderwerpen die niemand kwaad doen, muziek, kunst, litteratuur, zult ge allicht denken. Probeer het eens. Tenteer en tenteer, het is haar alles totaal onverschillig. Pour se disputer il faut commencer par s'entendre; om over die dingen te spreken moet men over een zekere onderlaag te beschikken hebben en ge zult eens zien hoe treurig die ontbreekt. Als tweede, interessanter maar ook terstond veel minder onschuldig onderwerp, hebt ge dan de kunstenaars, de musici, de letterkundigen in hun privaat leven. Op hun breeden rug wentelt ge maar het eerst de onbescheidenheid die dient om uzelf te vrijwaren; zij zijn er goed voor. Het procédé zeker niet heel edel, maar de misdaad is zoo erg niet als zij lijkt, want het volkje zelf is zóó ijdel en vindt het zoo heerlijk het publiek in hun privaat leven te mengen, dat ge nog bijna kunt