ÏETS ÓVER PADLüS gezegde, gal. III: af. |££

óók hetzelfde dat hij gedacht heeft, trachten te dénk™ by het woord levendigmdken. •

Wie eenigzins bekend is met de H. Schrift, en m~ zonderheid niet paulus Brieven, weet, dat darïfin dik. weri|jeiprokén wordt van een leven, dat van het na-

S2n "V rWdkf begin wiJ van onze' £eboor£e ^ rei enen onderfcheiden is; onder andere, in dezen

levV* rvf' : '9,' bedoeld met de fpreekwiis goue hZZ: G°DE 13' ln de zaak, hetzelfde, als

hetgeen men meest gewoon is geestelijk leven te noemen :en gelgk tot elke foort van lever/&« SkLnigrcndbcginlel wordt vereischt, zoo noemt onze Anos If ook veelmalen het begïnfel dezes levens geest) t wij nog nader zien zullen. Men kan niet tnders, dunk? mij, dan ook te dezen plaats aan dit leven denken wi, men paulus niét verftaan kan als men aan eerie m£ foort van leven denkt; en deze beteekenis, zoo eigen! aardig m zijnen fchrijfflijl, eenen zin oplevert, w l

Se5kZin^et r1ebddd 'Uist Pasfald- en wï! ffi&ST fende^e fjn ?et de leer van

„ het verwekken van dat geestelijk Prendbeirifi « fel waardoor men gode _J öf zou men

hier hever het eigenlijk denkbeeld van /,v,« verlaten eï

j-, bek,en> dat het woord /e^« in de H. Schrift zeer te duiden; en wil iemand dit hier zelf* ilAIot gnp, laten gelden, het zal i„ den zaKflei,K^*" verandering maken. Alleen, ik bS nt£ J W* inzigt, bij het begrip ;an ^ da ï: JS! „ zaamheid uit een inwendig beginfel;" en nade* ook, deze L?J/ïfbaeld' biJ de Pauliaanfche denkwijs over ue^e zaak ( ;, maar het bedoelde leven befciiouw ik evenwel als mets minder in zich bevattende dan het ZTr Selukn™ den mensch, ja, met zijn eeiéh se'ul ten naauwüe verbonden. Doch het zou i&èt S£ Zijn, er hter breeder van te fpreken.

l 4.

Min voegzaam zou hier ook éené breedvoerige ver.

han»

C*) Men denke aan Hom. Vfcn, n. Kap. Vïfcfr •