VAN EKiV R00MSCII» KATHOfcljKRN. 54$

fchappij, belijders aan den Godsdienst, en zalise bewoners aan den hemel geeft. Welke (land in de wereld kan heilig worden genoemd, als het deze niet is? Hij, die de bafis of grondflag van het welvaren der aard» ., en des hemels is

Het bezweren van zekere fymbo'en of geloofsbeliidenisfen, bij welke eene gelegenheid ook, of met welke plegtigheden verzeld , is deels overtollig, deels fchade1'tjk. Overtollig: want niemand kan zijne vrijheid van denken, of om zijn gevoelen bij meer doorzigt te veranderen, vervreemden en overdragen; fchadelijk: want het veroorzaakt" de verfchrikkelijkfle meineeden. Velen veinzen eene overeenitemming voor het uitwendige, en koesteren en voeden danr en tegen geheel andere gevoelens in hun binnen (le.

Geen eed kan eene verbindende kracht hebben, die dengenen, welke hem bezworen heeft, tot eenen vervolger van onichnldige menfchen maakt; zulk een eed is zelfs, in den vollten zin, eene fchande voor het menschdöHl. Men oordeele dos hieruit, wat men van dien eed te denken hebbe , waarin gezegd wordt» Ha-reticos et fchismaticos pro posfie perfequar! dat is: ik zal de ketters en fcheurmakers vervolgen, zoo veel ik kan.

De kerkelijke ban of excommunicatie laat, zelfs in het burgerlijk leven, eene vlek achter op den geè'xcommuniceerden. In dit opzigt heeft de Regent het regt en de magt, om het willekeurig gebruik van den ban te bepalen. Obch men konde ook vragen, waartoe eigenlijk; de excommunicatie dienen moet, en of iemand, die andere gevoelens koestert, uit de gemeen, fchap der kerk uit te fluiten, niet even zoo veel is, ais ^wanneer men eenen zieke den Apotheek verbiedt.

Er is een tijd geweest, in welken Koomfche Kegtsgclecrdcn (Curialisten) durfden vragen: of de Paus verpligt ware, om zijne, met de Duitfche natie gefloten, concordaten, te houden; en of hij zich zei ven, ex pletütudHie poéeflatis, niet tot zijn voordeel van dezelve konde ontdaan. Thans vragen

Duitfche Patriotie?:: of de concordaten niet op eenen valfchen grond {leunen, en of men het der Duitfche natie ten'kwade kan duiden, dat zij zich niet langer laat bedriegen.

Uit