RÈGTVAAKÊiGHÈiD , ENZ*-, Èl| DE TURKEN. *?07

Deze Monarch had in zijn uiteiiijk voorkomen veel gebrekkigs. Als hij zich zelf eens in eenen fpiegel zag, zeide hij: het aangezigt van eenen Koning, moest de , cogen dergenen vermaken, die het aanzien; maar de natuur is zoo eigenzinnig omtrent mij geweest, dat Mjn aanblik een afbeeldfel van het ongeluk fchijnt te ■wezen. Zijn Vizier antwoordde: er is niet een onder tien duizenden, die met een aangezigt gezegend werd, hetwelk zulk een voorkomen heeft, als dat van uv-e Hoogheid, want doorgaans zijn uwe deugden daarop Verlpreid.

Eens drong er iemand als met geweld tot hem in» •en fchreeuwde luidkeels om regt. De Koning beval fceai zijne klagten voor te ftellen, hetwelk hij'daarop (deed.i en hierop neder kwamen: „ Dat een aanzienlij-: 'ke Turk, ongelukkig op -des klagers fchoone vrouw Veriiejfd was geworden, nu alle nachten met een gewapend gevolg in zijne woning kwam, er hem uit ftiet ,• op de flfaat liet (bijten, en met. zijne vrouw, in eene ongeoorloofde gemeehlchap leefde. Dat hij zijne klagten desaangaande reeds dikwijls daar ter plaatfe gedaan had, waar hij meende, dat men hem geregtigheid zou laten wedervaren; maar dat de Hand van den echtbreker de ooren voor zijne klaagltem gefloten hield."

De Monarch geraakte, als hij dit hoorde, in zulk eenen toorn, dat hem de tranen, van wraak en medeJijden , in de oogeii kwamen. Hij verweet den armen San", dat hij zijné klagten niet éér tot hem gebragt had. Deze antwoordde, dat hij dit vaak had beproefd, maar geenen toegang had kunnen^ bekomen. De Vorst beval hem, hij zou nu naar huis gaan, zeggende: zoo die Turk, die in mijnen dienst is, u ooit weder ontrust, geef mij zulks dan, zonder üitfïel, te kennen. Hun, die bij dit verhoor tegenwoordig waren, verbood hij, op iévensftraf, 'niéts daarvan hekend te Jaren worden,' en beval tevens, den klager ieder uur den vrijen toegang te vergunnen.

Hierop ging de arme man naar huis; doch, in den' derden nacht, kwam de baldadige Turk, als naar gewoonte, liet den man eerst duchtig afflaafl, en daarna het huis uitfmijten. De arme man liep .terftond naar den Sultan, en nadat hii toegelaten was, ging deZe oogenblikkelijk, flechts van weinigen verzeld, met'

Y y % km