J?44 LOTGEVALLEN VAN

't Gebeurde dat ik kennis bad gemaakt met een jong lid van de Club, wiens geest even eens als de mijne was gefbmd, en die zich aan'een reizend tooneelgezelfchap had verbonden. Dikwijls had hij mij aangezocht, om him op eenen lpeeltogt door het Noorden van Engeland te vergezellen, en, uit een begiüfel van hoogmoed , had ik zijn aanzoek even dikmaals afgellagen. In het einde, echter, overwon een vurig verlangen, om het tooneel te betreden, allen eerbied voor pligt, en alle knaging des gewetens. In een heilloos uur (ik fchaam mij,"het te verhalen) ontvreemde ik eene'Tom gelds, aan mijne bewaring toevertrouwd, pakte mijne kleederen , en verzelde eene bende landloopers , die, even als ik , een eerlijk beroep laten varen, en zich, aan eerloosheid en behoefte toer gewijd, met oogmerk om de toejuichingen van eenige weinige boeren te genieten, in eene fchuur verzameld hadden.

En nu neemt het tijdvak van al mijne ellenden eenen aanvang. Het geld, 't welk ik had ontvreemd, werd fnóedig verfp»a tri het gezelfchap van losbollen, die zich over den morgen niet bekommerden, indien zij heden vrolijk konden leven. Wij werden, in der daad, met toejuiching ontvangen; maar de toehoorders waren doorgaans1" zoo weinig in getal, dat de kosten eener vertooning dikmaals de ontvangst te boven gingen. In elke ftad werden wij met looden fchoenen nagegaan , en als landloopers behandeld. Tot zulk een uitetfte werden wij fomtijds gebragt, door de reiskosten, en de fchade van het fpelen voor ledige fchuren, dat'wij aan noodig voedfel meer dan eens gebrek leden. Niet kunnende bedelen, konden wij geen onderjftand bekomen; en geen krediet hebbende, konden wij niets te borg koopen. Te langen laatde zag ik mijne dwaasheid, en, na veelvuldig overleg, liet Ik door eenen vriend onderzoek doen, of mijn vader genegen ware mij in genade aan te nemen, indien ik tot hem wederkeerde en mijnen misdag beleed. Helaas! hoe zeer werd ik ter neder geflagen, toen ik tot antwoord bekwam, dat mh'n vader, eenige dagen geleden, van hartzeer was geftorven, en dat zijn overlijden zoo fpoedig was toegegaan , dat hij den tijd niet had gehad om zijnen uiterden wil te veranderen, in wei-