VILLA MORGENROOD

Het eene vettige handje drukte nog de papieren samen, maar 't andere maakte een uitnoodigend wuif je naar Gerard, wiens blikken na een zwerftocht door 't vertrek een juffrouw bespiedden, die op 't balkonnetje van een der achterliggende huizen bezig was h'r linnengoed te verzorgen.

— Ik kwam es vernemen of er werk voor me te krijgen is?

— Werk.... engagement..... lispte Kieven gewichtig en legde de rechter wijsvinger langs de breede neus. — Tja.... In zware gepeinzen scheen hij weg te doezelen.

— Meneer Hessels, dat zal wat voor u zijn. Ja beslist, Is u vrij.... hij scharrelde weer in een hoopje paperassen.

— November eerste helft — wacht — ja toch, eerste

helft November.

— 'k Zal zien.... ja, dat gaat wel.

— 't Is voor Rotterdam, bij Nolks ja Kijk en de

gage is goed.

— Vijf en twintig?

— Nee, nee, lacherde Kieven, — nee, nee, twintig. En toen Gerard niet aanstonds toesloeg: — Nou, 't is toch mooi.

— 't Is goed, ik neem het.

Moeizaam scharrelde de impresario een pen op uit de rommel voor zich, haalde dan uit een lade een paar formulieren en ging aan 't krassen. Dan stak hij Gerard de pen toe.

— Al klaar, glimlachte hij. Gerard stond al, niet ontevreden.

Kieven scheen nog iets te hebben. — Zeg.... ja.... Zou u vier dagen hebben voor Hilversum? Feest.... kermis....

weet ik veel.... Begin volgende maand 'k zal zien

zien.... zien....

De order scheen moeilijk te vinden. — 't Is me door elkaar gevallen, meende Kieven zich te moeten verontschuldigen — maar hier, daar is ie. Ja, ja vier dagen volgende maand.... acht, negen, tien, elf.

Gerard nam bedachtzaam z'n boekje, bladerde. — Leelijke datums zijn 't.

— 't Is waar ... leelijk ... heel leelijk. Maar als u kan .. Gerard kon wel, maar dat hoefde hij zoo aanstonds niet