HET LEVENSRECHT

hoewel u den knapsten professor voor hem had begeerd. Vader behandelde hem — en nog eens een keer. De oude dokter, vroeger van 't dorp hier, was weg, maar vader sprak hem later toch nog eens, waarbij ze het over de patiënten hier hadden, toen hoorde vader dat Rudolf in zijn kinder- en jongenstijd ook telkens al ziek was geweest, hij is niet sterk.... zei vader toen; ik vond het verdrietig. Maar als hij dan weer beter was en we zaten weer in de tram naar de school in de stad, dan was ik opnieuw zoo gelukkig. Hij was beter! Ik zong soms. En hij lachte — hij kon lachen. Dan ben ik wel eens voor 't eerst hier geweest om met hem te tennissen.... u had hem voor zijn beterschap een baan gegeven, achter in de laan bij uw rozenhof. Ja".... het meisje streek even de hand over de oogen: „dat is zoo lang geleden.... ik voel me zoo oud en wijs geworden.... Ik wil iets over Paul zeggen: hij is dertien jaar ouder dan ik, maar ik voel het niet, ik voel me nog net een vrouw die van een ernstig professor de goede kameraad zal worden; zoo wonderlijk.... want ik ben pas drie-entwintig. Toch voelt het zoo oud. Maar dan daarna.... als Rudolf toch zoo leed onder zijn zware examens.... als hij weer ziek werd!.... Vader begon met me te spreken

wat ik toch wilde met mijn genegenheid.... liefde....

voor hem. Het was zoo hard. Maar vader dacht dat hij het me moest zeggen. U.... ik kwam toen al lang hier.... omdat Rudolf het vroeg.... u zei me nooit iets, maar dat kon ook niet, begreep ik wel. Toen.... na dien langen tijd.... waarin ook u zoo mager werd.... ging hij naar het sanatorium. O, ik had geen vreugde in de studie meer, alleen.... en knapper te worden dan hij.... het gaf verdriet, ik wilde niets meer worden; nadat ik eens hevig geschreid had kwam ik bij moeder thuis — en ik deed vaak wat voor vader. Moeder zei: je trouwt toch.... en jestudeeren heb ik nooit aangemoedigd. Och.... wat kon het schelen, ik dacht aan Rudolf.... en ik kon nu naar hem toe wanneer ik wilde; ik ging wel eens naar hem toe met vader.... en ook met u.... Ik wilde altijd zoo graag veel met u praten, maar.... u hield zoo veel van hem en u ix 2