BEELDENDE KUNST.

DE SCHILDERES MEVROUW GUUS VAN DONGEN

door

CH. SNABILIÉ.

De 37ste Salon des Indépendants („Société des Artistes Indépendants") telt sedert verleden jaar 600 leden meer, wat ons ouderen ruim de gelegenheid biedt ons de vernissages van vroeger — van 'n twintig jaren geleden — voor den geest te roepen, toen wij bij stroomen die manifestaties der „jonge onafhankelijken" gingen bijwonen om.... ons eens goed te amuseeren. Zoo „amusant" als de fauves, de cubisten, de pointillisten, de neo-prirnitieven, de na-doeners der impressionnisten en andere drieste knutselaars toen waren, zijn de hedendaagsche jongeren niet.... of misschien zijn wij, door hetgeen de futuristen, dadaïsten en fumisten ons sedert dien te bewonderen voorhingen of voorzetten, verwend geraakt en is bij ons de zin voor amusement bezonken en verworden tot zin voor waardeering.

Misschien ook moet de reden, dat wij ons dit jaar veel minder getroffen voelden, gezocht worden in de retrospectieve tentoonstelling der Indépendants, die juist hare deuren sloot toen voor dezen 37sten „Salon" (1926) de deuren van het P a 1 a i s de B o i s, bij de Porte Maillot, aan. het Bois de Boulogne, zich open zetten. Aan het allernieuwste hier, was, in het Grand Palais des Champs Elysées, een keurverzameling uit dertig jaren (1884—1914) voorafgegaan, waarin, naast de werken der verdwenen artisten, wier verlies wij nog altijd betreuren, tal van oudere onafhankelijken, ook tot roem of vermaardheid gekomen, maar gelukkig nog levenden, de hunnen lieten zien.

Zooals het in het verleden ging, zal het ook nu gaan: uit die zeshonderd jongeren komen zeker mettertijd een paar dozijn artisten naar voren, wie het lot zal begunstigen zooals het hen heeft begunstigd, die door volharding en ontwikkeling de poorten der glorie en van het fortuin voor zich ontsloten zagen en