'n krach.

SUZE frommelt wat in handtaschje, kijkt hem aan): Jo!

STRUWEN (ziet niet eens op, werkt door): Ja? En?

SUZE (verontwaardigd): En? En? Dat 's óók vrindelijk, jij met je En. Wat nou?

STRUWEN (ieder woord hetoonend): Dat héb ik jé al gézégd. — Precies zooals we gisteren hebben afgesproken.

SUZE (spijtig): Dus is 't heelemaal uit.

STRUWEN (met 'n zweem van hoop): Heelemaal uit? Dat is te zeggen als ik geen directe hulp krijg, ik heb nog n' laatste troef bewaard, misschien.... misschien. (Tot Loet die door deur verschijnt.) Wat?

LOEF (op, met papieren in hand): Tuyl, meneer, wat wilt U. ...

STRUWEN (weer zakelijk: Donders, dat 's vroeg

zeg maar dat hij moet wachten totdat meneer Grevelaar er is, laat hem terug komen.... hij kan ook wachten, ik zal je voort wel bellen.... (tot Suze.) Daar begint 't lieve leven al... .

SUZE (schrikt iets): Dus is 't wèl mis.... he.... ik dacht dat jij er wel weer wat op gevonden zou hebben.... weet je dan niemand die je....

STRUWEN (wacht op voltooiing van haar zin): Nou, ga door.... die je....

SUZE (ruw): Nou ja!.... kunnen jelui dan nergens geld krijgen. ...

STRUWEN (zakelijk): Daar ben ik mee bezig, dat vertel ik je net zoo.... als 't niet lukt.

SUZE (gedecideerd): Zoo! Als je maar weet dat ik er voor bedank om hier te blijven, daar denk ik niet aan, hoor, dat heb ik je vooruit gezegd, ik bedank er voor om hier te gaan zitten kniesooren, je te gaan bekrimpen, zuinig doen .... merci, daar kom ik niet in.... Als ik geweten had, dat 't maar zoo kort zou duren, dan had ik 3 jaar geleden....

STRUWEN (tergend): Wat zou je dan we! gedaan hebben ?

SUZE: Zeker hém niet hebben getrouwd! Dan zou ik mijn eigen weg zijn gegaan.

IV 2