BRIEVEN AAN EEN VLIEGENIER

door ELSA KAISER.

(Vervolg.)

8 December.

Ik kreeg vanmorgen je antwoord per telegram. Zoo, moet je met de Eskimo's onderhandelen over huiden, voor een New-York'sche firma, hoe interessant is dat. Wat spreek je dan voor taal? Ik ben toch telkens in eerbied voor je knapheid.

Ik heb je weer een antwoord geseind, ik hoop, dat ze het doorseinen, ik gaf het „aan boord van de vliegmachine ,,de Arend" erbij, in het Engelsen.

Ik zal overschrijven wat ik seinde, want als we beiden elkaar weerzien, zal ik je deze brieven van mij laten lezen. En mocht je dan soms dit telegram niet ontvangen hebben, dan kun je nu toch lezen wat er in stond. Ik seinde:

„Liefste, telegram ontvangen, ben erg blij mee. Hoe maak je het? Houdt moed, ik wil je weerzien.

Je BETTIE."

Je seinde, dat je weer op zou stijgen om drie uur vandaag, daarom heb ik mijn telegram van morgen al verzonden, wat ben ik blij dat je mijn wollen vest draagt en hoe lief is het om mijn portret in den stuurstoel op te hangen.

Nu zijn we toch bij elkaar. Ik vlieg met je mee en jij leeft hier met mij mee.

Ik maak nu weer je kerstgeschenken klaar en bewaar ze voor je.

Dag, dag mijn lieveling.

Je BETTIE.