HET BEZETEN HUIS

GROOTVADER (aarzelend): Hebben jullie ook aan dezen kant van den IJsel gejaagd?

NOTARIS (eveneens): Nee, we stonden, eerlijk gezegd, al op de Bronckhorster-veerpont, toen we weer zijn omgekeerd ....

GROOTVADER: De nieuwe bewoner van »Gelresteyn« heeft anders het volle jachtrecht erbij gekregen, toen hij dit alles hier kocht. Dat heb je hem toch als notaris gezegd bij de overdracht?

NOTARIS: Zeker. Maar je buurman vond 't — hoe zal ik 't zeggen — niet kiesch, om in de buurt van »De Bronckhorst» te jagen, eer hij met den bewoner ervan had kennis gemaakt.

GROOTVADER (schamper): Dat is héél — hoe zal ik 't zeggen — kiesch van hem! Je kunt hem gerust zeggen, dat ik hem volstrekt niet kwalijk neem, dat hij, tegelijk met de gronden aan den Veluwkant, ook alle bezittingen aan dézen kant van den vorigen eigenaar heeft overgenomen....

NOTARIS (het hoofd schuddend): Ja, 't moet een ellendig gevoel voor je zijn, arme kerel, dat behalve het kasteel zelf, alles wat aan landen en heerlijkheden eens aan De Bronckhorsten toebehoorde, langzamerhand in andere handen moest overgaan.

GROOTVADER (met nadruk): Ook de hypotheek op »De Bronckhorst«?

NOTARIS: Ik heb je vroeger al eens op diezelfde vraag geantwoord, dat ik als notaris geen vrijheid heb, daarop in te gaan. Ik mag niet zeggen, volgens ambtsgeheim, wie me in staat heeft gesteld, je de verlangde som als hypotheek op het kasteel ter hand te stellen.

GROOTVADER (zachter): De termijn vervalt binnenkort ....

NOTARIS: Er is hoegenaamd geen haast bij.

GROOTVADER: Geen haast bij? Alsof ik toch de rente niet zal moeten betalen op den vervaldag! Ik heb altijd prompt op tijd betaald. (Weemoedig) Nog twee- of driemaal — dan kan ik niet meer betalen....

NOTARIS: Niemand maant je immers, Bronckhorst!