VILLA MORGENROOD

XI

Gerard was het Vondelpark ingetrokken, thuis hield hij 't niet meer uit. Was dat een gekanker! Kon hij het helpen, dat er zoo weinig geld binnen kwam? Uit de steenen kon hij het niet trekken. Al mooi, dat hij af en toe nog wat kon verdienen. Ja, d'r was meer noodig, dat geloofde hij graag, maar meer dan zijn best doen kon hij toch niet. Voor de artisten was 't een slechte tijd, uitgezonderd voor de enkeling, die het tot welstand bracht. Maar bij zoo iemand hoefde je 't minst aan te kloppen, die bezaten geen gevoel, die kreeg je niet te spreken, of per ongeluk wel, dan hoorden ze je op de deurmat aan, haalden de schouders op, taterden tja-tja, en dan kon je gaan. Zoo ging 't hem bij Vazels. Een jaar of tien twaalf terug verscheen die als gesjochte jongen op de „bühne". Menigmaal kwam hij bij Jo een broodje eten, omdat hij er zelf geen kon betalen. Hijzelf hielp die vriend zooveel hij kon. De jongen had geluk, kwam goed in de verdiensten, was zuinig, als 't niet gierig mocht heeten, ging in muziek handelen, exploiteerde draaiorgels en boerde een kapitaaltje bij mekaar. Maar als dank voor het genotene scheepte die vrind hem, nu hij verlegen zat, af met: Tja-tja, slechte tijden. Nee, niet zulke — die 't nauwelijks missen konden, die hielpen. Een stommeling was hij geweest. Als die Vazels kon hij binnen zijn. Maar dan had hij geen vrienden moeten helpen, dan moest hij leven als een kluizenaar en het geld aanbidden. Dat kon hij niet — en nog niet. Het geld bezat toch maar alleen z'n waarde door wat men er voor kon koopen, kleeren, brood, genot. Dat was noodig, alles noodig, kleeren en brood nu vooral. Aan het andere kwam hij niet meer toe. En toch, hij behoefde dat niet minder, z'n natuur vroeg luchtigheid, vroolijkheid om zich heen. O, wat kon Miep hem heerlijk opfleuren soms — dat lachende, guitige snoet — en als ze dan door de schamele kamer zwierde, taterend de maat van 't voetenbeweeg — 't Werd dan plots lichter om hem, het leven scheen minder grauw, hij durfde vrijer ademhalen. Of als Jenny soms meekwam en de twee vriendinnen samen joolden. Dan voelde