VILLA MORGENROOD

was in artistenkringen gevierd. Ieder achtte haar als een vroolijke, hartelijke vrouw.

Peter Pot kwam tegen twaalven aangezeild, hield een taaie verjaringsrede en liet zich een stevig glas wijn wel aanleunen.

— Dat doet hij om populair te zijn onder zijn spelers. Zooiets onderhoudt de vriendschap en maakt 't moeilijker om verhooging van gage aan te kloppen, oordeelde Babet die met Hankema, Nieweg en Melia in de middag kwam aangewandeld. — Wat mij betreft, kan hij ik-weet-niet-wat krijgen met zijn populariteit, 't Is nog al iets. Wat hij stuurt, kan toch dubbel en dwars af van wat hij op je gage beknibbelt en wat hij drinkt, spaart hij op zijn bittertje weer uit.

's Middags was Sonja's kamer schier te klein. Piet Segaer, Sien Spapens, Max Iwes, Nine Buis, Karei Lam, Lola Montagne, Tilly van Tarel vertegenwoordigden het cabaret met Gerard Hessels. Dan waren er de Eglantiers, behalve Doekie, Jo en kleine Bep en tot verrassing van Sonja ook oude Heinz en z'n Coba.

Sonja kwam weer op dreef. Wel liet de morgen pijnlijke indrukken na, maar allo, bedwong ze zich, niet aan denken. Dat is geleden dat is voorbij. Jenny, 't arme kind, bekwam gelukkig geen letsel, voelde zich weer gewoontjes als ze zei, alleen zoo prettig, omdat h'r moeder h'r groote dag vierde.

Sonja ging bedrijvig om, schonk en presenteerde, trouw geholpen door Miep en Jenny, die ondanks de raad van h'r vriendin, geen rust wilde nemen. Wanneer ze in beweging bleef, voelde ze haar pijnen minder en dansen moest ze toch deze avond. Wegblijven wilde ze niet, was 't alleen om Sonja, die daardoor te erger het tooneel van deze morgen zou voelen. Af en toe streek ze naast Henk neer, nam even zijn hand, vatte zijn blikken met de hare.

— En Bep, hoe gaat het er mee? vroeg Sonja, haar de hand vol koekjes stoppend. — Eet gauw op meid, je moet er nog van groeien.

— Och, ze neemt zoo weinig, klaagde Jo. — En dan kan ze ook moeilijk aansterken.