744

ENGELSCHE BOEKEN VAN HEDEN

Waarom de schrijver een schuilnaam koos en ook schuil blijft, vertelt hij in de voorrede, en wij kunnen hem geen ongelijk geven, want als men er ooit achter komt wie dit boek heeft geschreven, heeft hij kans op meer dan één pak slaag. Dit is wel een der beste oorlogsromans, misschien wel de beste, dien wij onder oogen hebben gehad, vrijwel op één lijn te stellen met Vernon Bartlett's »No Man's Land«, dat wij in Maart bespraken. De schrijver schenkt ons klaren wijn en verdoezelt niets, hij windt er geen doekjes om. Ook voor generaals heeft hij geen groote bewondering, vooral niet voor den eersten, dien hij in Frankrijk te zien kreeg en die bij een inspectie der troepen heel wat whisky bleek te hebben geconsumeerd en bijna niet op zijn beenen kon staan: »He said we were a discredit to this regiment and returned to his whisky to be a credit to his«. De Fransche boeren waren vol haat tegen de Engelschen, maar als zij hun dochters aan hen konden verkoopen, streken zij kalm de centen op! Het dagelijksche programma aan het front was erop ingericht om de soldaten zoo ongelukkig mogelijk te maken, opdat zij makkelijker den dood ingingen, want: »No happy man wants to die«.De D-compagnie van zijn regiment was erg gelukkig, want zij verloor bij een aanval slechts de helft van haar manschappen. De gardetroepen waren de beste soldaten, maar de grootste schurken. De Australiërs waren »rotters«, en een Canadeesche verpleegster wilde hen eerst niet helpen: „You are not one of our Boys". De Canadeezen schijnen ook nogal flink met de boerenmeisjes te hebben aangepapt, want toen zij een dorp binnentrokken, wees een boerendeerne op een baby, die zij op haar arm droeg en riep hun toe: „Souvenir Canadien".

Wij hebben enkele passages in het kort aangeduid om een beeld te geven van den inhoud. Het boek leest eigenlijk als een dagboek met verklarende aanteekeningen en is vol grimmigen humor en bijtend sarcasme. Vermoedelijk steunt het op waarheid. Het is, zooals gezegd, een der beste oorlogsromans, die ooit geschreven zijn, maar zij die erin «de klappen krijgen» zullen het wel fel afbreken, niet in het minst de generaals!

»Journey's End«, het bekende tooneelstuk, dat hier onder den titel »De Groote Reis« werd opgevoerd, is door Sheriff en Vernon Bartlett in romanvorm omgewerkt en bij Gollancz verschenen. Het is een verstandige daad van hen geweest om het te openen met een soort proloog, die in de «country» speelt, waardoor de hoofdstukken, die aan het tooneelstuk ontleend zijn, beter begrijpelijk worden. In het boek komen wij ook Madge tegen, Raleigh's zuster, die wij in de comedie niet leeren kennen. Ook hierin krijgen de generaals er flink van langs. Daar wij loopgraafscènes nu al uit den treure hebben genoten, vinden wij het begin van dit boek, waarin fijne trekken