WAT NIET MEER KON

,,U hebt er ook al pret om." Fransje vond Tante Sofie vanmorgen niets aardig.

„Je moet het gewoon zeggen," raadde nu de ander ernstig. „Twintig keer achter elkaar. Dan leer je het."

Fransje oefende. Het was waar; je hoefde de s ook niet vlak tegen je tanden te laten aankomen....

„Daar komt Klaartje," zei Tante Sofie, die bij het zijraam stond.

Fransje vond dat een uitkomst. Uit zichzelf zou ze nooit naar »de Akker « zijn teruggegaan. Dat druischte tegen haar trots in. Blij liep ze haar vriendinnetje tegemoet. Nergens over praten, nam ze zich voor.

Tante Sofie keek hen na. Wat klein was Fransje toch. Klaartje kwam wel een hoofd boven haar uit....

Ze vond het nog altijd een heel ding om precies te weten, hoe ze met het kind omspringen moest. Soms vond ze haar wel eens kinderachtig, zooals nu weer met dien tand vanmorgen. ... Fransje wou dan graag beklaagd worden. Misschien, peinsde ze, komt het doordat Hermien er maar één heeft. Het is alles, wat ze bezit.... En daarom was Fransje aan den anderen kant ook wel eens erg wijs. Dat kregen ze, als ze altijd met groote menschen waren.... ja, ja.... Daarom was 't maar goed, dat ze zooveel met de kinderen van hierover gespeeld had. Jammer, dat die nu uitgingen. Zij moest nu maar eens wat meer met haar mee, deze laatste week. Misschien konden ze wel eens naar den Haag gaan....

Vroeger zou zoo iets nooit bij haar zijn opgekomen. Of, als het opkwam, werd er dadelijk een rem op gezet van: zoo druk, zooveel menschen... ., maar liever rustig thuisblijven .... Nu schrok de gedachte haar niet meer af.

Vanmiddag, om te beginnen, zouden ze alvast naar zee gaan....

Eigenlijk had ze nog een plannetje in haar hoofd. Ze wou eerst even naar het dorp, naar Martha. Die had al een paar keer gevraagd, of ze eens bij haar kwam. Ze had er, eerlijk gezegd, wel zin in. Als nu Fransje bij haar was, ging het gemakkelijker. ...