108

DB MISTLETOE.

speelde jeugd. Hij zag hoe ze weer stil weende, als op dien morgen van het weerzien enkele maanden geleden, toen hij haar voor 't eerst weer onder de oogen was gekomen. Toen had hij moeite gehad bij 't zien van dat bleeke, doorrimpelde gelaat en die witte haren, zich goed te houden, had hij zijn keel als omsnoerd gevoeld, wetend dat die duidelijke sporen, welke die jaren op het eens zoo mooie gelaat van zijn moeder hadden achtergelaten, zijn werk waren.

Maar nu, hij was koud voor dit alles, onbegrijpelijk koud voor deze moedertranen, om hem geschreid. Hij voelde niet meer die verteedering van hart zooals eerst, maar het scheen als bevroren, na zooveel jaren van egoïstisch, wild leven; en geen enkele snaar van zijn ziel trilde op dit ontroerend oogenblik, waarop hij zijn vader zag, zijn gelaat met de strenge trekken als uit steen en de koele grijze oogen afgewend, overmeesterd, niettegenstaande groote zelfbeheersching, door al de indrukken van die jaren, die op dezen avond, dit oogenblik, weer boven borrelden en vertroebelden den liefelijken indruk van het kerstfeest.

De vader had vergeven terwille van zijn vrouw, terwille van

de smeekbeden zijner kinderen, maar toch vergeten —Henri

wist het — dit wilde hem niet gelukken.

Brüsing zag ook zijn zusters om hem heen, voelde den druk van haar zachte handen en hoorde eindelijk de zangerige, diepe stem van Myra, hij zag haar wondere, reine oogen, waarin een wereld was te lezen, maar het gleed alles langs hem af, 't drong niet door tot zijn innerlijke mensch, ging hem voorbij als een cinematografische opname, waarvan men geen indruk wenscht te behouden, doch niet meer is dan een tijdpasseering.

Het kerstfeest beteekende voor hem niets meer, was niets meer dan een herinnering aan zijne jongensjaren, toen hem ook nog machtig aangreep het feeërieke, dat zoo'n brandende boom bood, evenals de met hulst omwonden lustres, weerkaatst in de spiegels, het gezellige van het haardvuur, waar de kinderen naast knielden met een mandje kastanjes en de fraai verpakte geschenken onder het groote, witte kleed.

Hij was het genot van deze omgeving verleerd, hij had andere begeerten en verlangens. Hij wist, dat hij dit leven, dat hij sinds