HET GEVLOEKTE LAND.

teren om moeder te onderhouden? Of dacht ze dat maar voor niets ?

Wat had zij gedaan in al de jaren, die moeder niet flink meer was?

Ze was niet wezen kijken, ze had nooit een kik gegeven, dat moeder op hulp van haar, hoe gering die dan ook mocht wezen, kon rekenen. Voor hem was alles opgedraaid — o, hij beklaagde er zich niet over, hij had 't zich niet anders gedacht, maar als hij ook een eigen gedoetje had gehad, hoe was 't dan met moeder gekomen ?

Als hij zo had gedaan als zij, had moeder op h'r oude dag in 't armhuis kunnen trekken of was ze van de gemeente uitbesteed moeten worden.

Moest zij, Vemme, dan zulke manieren voeren?

Vemme bleef volharden, besomde, berekende. —

Eigelik gaf ze weinig om de meubelen, maar nu Gert-Jan er aan hechtte, zou ze licht een goed prijsje voor h'r deel kunnen bedingen. Ze konden best een kleinigheidje gebruiken, want zo groot waren de inkomsten op Gaarkenshoop niet. Het land was schraal en dan de kinders. — Gert-Jan was alleen, hij wa3 nooit getrouwd en moest dus wel een duitje hebben. Waarom zou ze niet proberen wat er te halen was?

Gert-Jan was weer op z'n stoel gezonken. Nu hij gezegd had, wat hij had menen te moeten zeggen, scheen z'n loomheid hem weer te bevangen.

Vemme's felle woorden liet hij over zich heenrelleren, hij luisterde er niet naar, ze drongen niet tot hem door.

Nu begon ook Garmt mee te praten, rekende mee met z'n vrouw. De twee stemmen botsten doorelkander tot een wirwar van geluiden,- en te luider de stemmen klonken, te hoger klom de rekening.

Op eens viel Gert-Jan's vuist krachtig op de tafel en sloeg een gat in 't luidruchtig stemmengetier.

— Garmt en Vemme, zei hij verbeten-kalm en keek de een aan na de ander — Garmt en Vemme, ik zal je kort zeggen, wat ik denk. We worden 't nooit eens, merk ik wel, en dan is 't maar beter, dat alles aan de koop wordt gebracht. Dan kan elk van ons de helft nemen, en dan is 't uit. 'k Zal er met de notaris morgen dadelik over spreken.