toevoer van vertalingen van lorrige Engelsche romans. Waarom leest men in dienzelfden tijd niet liever een degelijken roman, waardoor men tegelijk aangenaam wordt beziggehouden, den kring zijner kennis ziet verruimen en tot liefde voor het vaderland wordt opgewekt? Waarom, vraag ik, zijn Wolff en Deken, Doosjes, Drost en zooveel anderen, waaronder zelfs nog levenden, vergeten?
Vervloekte schande!
En de kiem van al dat kwaad ligt in de opvoeding. De karakters worden in uniform gekleed en de menschen gelijken met dezelfde afwijking op elkander als de aardappelen, die in een mud gaan. Van onze jeugd af worden we bestreken met een laagje vernis van oppervlakkige kundigheden, dat er soms al heel dun opzit.
Ach! onze sHollandsche jongens” hoe worden ze opgevoed? Aan Fransche mesjens worden ze al vroeg toevertrouwd; bij hen genieten ze hunne vorming en zoo kruipt er uit onze Fransch-Hollandsche scholen een misvormd en hybridisch wezen: half-Hollander, half-Franschman, te voorschijn.
En met de opleiding der jonge dames ziet het er nog treuriger uit. Inderdaad meisjes als Bette-mie in Klaasje Zevenster, die klagen over de alledaagschheid van de gesprekken der heeren zijn zeker niet druk te vinden en zouden zich dan allicht den naam van savante moeten laten welgevallen.
En daarom zijn we ook zoo erg nationaal! Onze
Utrechtsche studenten almanak voor .... Geraadpleegd op Delpher op 20-04-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMUTRA01:001348001:00011