de haven van Dartmouth de avontuurlijke zwervers op.
Zware stormen heeft de „Amaryllis" te doorstaan gehad, maar het scheepje hield zich prachtig. Daar Muhlhauser met onbevaren bemanning zeilde, moest hij zelf het leeuwendeel van het werk aan boord doen. Dit heeft waarschijnlijk te veel van zijn krachten gevergd. Kort na zijn aankomst is de kranige zeeman overleden.
Een nuchter einde vond de tocht naar de Zuidzee van Ralph Stock. Met een Noors scheepje van 47 voet lang en vijftien breed, de „Oegre" stak hij in dertig dagen de Atlantische Oceaan over naar Bermuda. Aan boord had hij enige piepjonge snuiters, die voor het eerst de zee bevoeren, „a cargo of hope and ignorance". Zij troffen prachtig weer. De pleiziertocht ging door het Panama-kanaal naar de Galapagos-eilanden en verder over Marquesas, Paumotos en Tahiti naar de Tonga-eilanden.
Verder kwam Stock niet. Iemand bood hem een fantastische som voor zijn „Oegre" en hij bezweek voor de verleiding. Op een degelijk stoomschip aanvaardden zij de terugtocht.
Het meest bekend is de zwerftocht van den Fransen tennisspeler Alain Gerbault, die genoeg van de roem en de mensen had en de volstrekte eenzaamheid opzocht met zijn nietige, oude jachtje „Firecrest", dat 10 ton mat.
In 1923 verliet Gerbault Gibraltar om naar New York over te steken. Hevige stormen teisterden het scheepje. De zeilen scheurden en de eenzame schipper moest onder de moeilijkst denkbare omstandigheden het doek naaien. Een zware ziekte trof hem. Dagen lang leefde hij van aardappels. Wat gecondenseerde melk en water verkoelden de koortsige mond.
Kuyt, J.G., "De "Holland" : Zaandijk-New York v.v., reisverhaal". Van Kampen, [1939]. Geraadpleegd op Delpher op 22-01-2021, http://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB06:000000333:00009