Beschouwingen over de lichtvoortplanting in dispergeerende middenstoffen
zijn ze bij eene willekeurige uitwijking x0 -f £, y0 -f >/, z0 -j- £. Door dit te substitueeren, vinden we door toepassing van de eigenschap, dat het electron geen werking naar buiten oefent en p dus nul is, als 't negatieve deeltje in den evenwichtsstand is:
px = £ ƒ Q enz.
waarbij de integratie is uit te strekken over het negatieve electron, zoodat we vinden:
Vx = ~ e S,
py = — 6 7J,
P. = ~ 6 f"
Wij kunnen nu in plaats van de vergelijkingen (21) ook schrij ven:
™ P* + P P, + ap; = e1
m py + P py + «Py = (Sy. (22)
nu Pz + P Vz + a Pz = e1 <£,.
§ 7. Manier, waarop we het vraagstuk zullen behandelen.
Wij zullen nu weer een medium beschouwen, dat zeer vele polarisatie-electronen bevat. Bij een isotroop medium zullen deze volkomen onregelmatig verspreid zijn.
We hebben dan overal buiten die electronen de vergelijkingen I en overal binnen die electronen de vergelijkingen II. In het laatste geval is dan nog (21) noodig voor het verband tusschen u en de overige vectoren.
Eene volledige oplossing zou nu voor elk der vectoren functies van de coördinaten en den tijd moeten geven, die aan I en andere die aan II voldoen, terwijl dan het verband tusschen die functies bepaald zou zijn doordat aan het oppervlak van elk