Kommentaar op den Brief aan de Romeinen
Blad*.
14e Stuk: De macht van het nieuwe beginsel der heiliging om den mensch aan de gerechtigheid
te onderwerpen. H. 6:15—23 300
15e Stuk: De goloovigo is vrij van de wet. H. 7 : 1—6. 310 Tweede afdeeling.
16e Stuk: De mensch onder do wet. H. 7:7—25. . 319 Derde afdeeling. liet werk van den Heiligen Geest in den gerechtvaardigden geloovige.
H. 8:1 — 17 343
17® Stuk: De overwinning van den Heiligen Geest
over zonde en dood. H. 8: 1—11. . . . 344 18° Stuk: De geloovige, van zonde en dood bevrijd,
is zoon en daardoor erfgenaam. H. 8: 12—17. 355 III. De heerlijkheid, het zekere einde van het tegenwoordige lijden. H. 8 :18—39 361
19® Stuk: De vervulling van den raad des heils, on
dankshet tegenwoordige lijden. H. 8 : 18—30. 362 20e Stuk: Het lied van de zekerheid des heils. H.
8 : 31—39 377
Tweede deel. Het heil in de menschheid of het probleem van do verwerping der Joden.
H. 9 :1-11 : 36 385
21e Stuk: De vrijmacht Gods. H. 9: 1—29 .... 387 22e Stuk: De strafwaardigheid van Israël. II. 9 : 30—
10:21 410
23e Stuk: De grenzen en de heilzame gevolgen van
Israël's verwerping. H. 11 427
Praktisch deel. Het leven van den geloovige. H. 12 : 1 —
15:13 455
Eerste deel. De algemeene plichten. H 12, 13. . 455 I. Het uitgangspunt.
24° Stuk: H. 12:1, 2 458
II. Het leven van den geloovige in de christelijke gemeenschap.
25e Stuk: II. 12 :3—21 462
III. Het leven van den geloovige in de burgerlijke gemeenschap.